Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juli 2025


Denk eens! de zoon van den Hoofdschout het stadhuisraam te zien uitsteken: dat zou een aandoenlijk schouwspel wezen. Nu ja! kijk maar zoo vreemd niet op; de bommel is uitgebroken.

Nu, als oude vrouw, heerschte zij nog in den kring dien zij om zich heen had verzameld, gelijk zij vroeger heerschte aan 't hof; zij had de gave behouden den indruk te maken dien zij wilde en Rousseau leerde haar kennen als een lieve oude dame, vol fijnheden in haar konversatie, en bijna aandoenlijk in haar angst hem te grieven en in haar vreugde over elk bewijs van hartelijkheid of erkentelijkheid van zijn kant.

Hij keek naar haar donkere oogen, die naar hem toe gekeerd waren, maar zij waren zonder uitdrukking, daar zij niets konden zien. Nog steeds tokkelde zij de samisen, en nog steeds klonk haar stem liefelijk en zacht en onuitsprekelijk aandoenlijk in het vertrek. Met een diep bedroefd hart en zonder een woord van liefde stuurde hij haar weg met de gebruikelijke gave.

"Wat is dat toch voor een trekpot, waar je van praat?" riep Abraham. "Och stel u nu niet aan! hoe aandoenlijk dat u zoo'n stukje comedie wilt spelen voor een eenvoudig man. Ik heb ook comedie gespeeld in mijn jeugd dat was nog wel in Mandal; God betere 't! maar ik speelde beter dan u, Meneer de directeur!" "Best mogelijk! Want ik speel geen comedie.

Enkele geringe en verklaarbare onnauwkeurigheden zal men kunnen verbeteren. De waardige correspondent van 't edele blad schreef dan aldus: Nooit te voren woonde ik bij, noch verwacht ik ooit te zullen zien, een kerkelijk feest zóó plechtig, zóó schitterend en aandoenlijk als dat hetwelk thans in dit dorp wordt gevierd door de weleerwaarde en deugdzame paters Franciskanen.

Zoo herinner ik mij nog van een vers, dat hij gemaakt heeft, en dat heel aandoenlijk was: Uitboezeming aan mijne overledene grootmoeder, bij het zien van haar breitobbetje. De meid, die vijfenvijftig jaar bij de goede vrouw gediend had, heeft er bij staan huilen als een kind."

Daar schuilt gevaar in pausen. En wat zal ik zeggen van het volk en zijn gezag? Daar is misschien al meer over gezegd dan goed is. Volksgezag is blind, doof, wanschapen, noodlottig, vermakelijk, aandoenlijk en liederlijk tegelijkertijd. Het is den kunstenaar onmogelijk met het volk te leven. Alle despoten doen aan omkooperij, maar het volk koopt om en schent meteen.

Zoo beeldt hij heel bevallig en soms aandoenlijk de tweeling-comediantjes in dit boek, 'n beetje perverse jongetjes en tevens de begaafdste tooneelspelers van hun troep, in al hun verhoudingen van jaloezie en liefde tot de anderen en ook in hun diepe aanhankelijkheid tot elkaar, in hun onscheidbaar-één zich voelen: ze worden ziek als ze van elkaar gescheiden zijn.

En, na Freriks antwoord: "As grootvoader 't goed nuumt en God ons de kans gêft," stak de oude Wessels de vermagerde hand uit, en zei met bevende lippen: "Dan zal 't zóó wêzen, as God wil. Ik zêgen oe!" Het was een aandoenlijk en roerend gezicht, de goede weezen bij des ouden stoel te zien nederknielen, terwijl hij nogmaals de woorden sprak: "Ik zêgen oe!"

En oordeel zelf is het te veel gezegd, als we beweren, dat het zijn zangen »per aspera ad astra", uit de diepte naar omhoog. »Liederen van den Opgang", teeder aandoenlijk, warm gemoedelijk; zangen waardoor ons de stille berusting des geloofs, de onwankelbaarheid der hope en de innigheid der liefde van den waren Christen tegen ruischen? Ds.

Woord Van De Dag

dompelende

Anderen Op Zoek