Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 22 oktober 2025
»Wij zijn voor Hystaspes!" schreeuwden de held Araspes, de grijze Intaphernes, en andere oude strijdmakkers van Cyrus. »Geen krijg tegen de Massageten, die ons ontvluchten; maar oorlog tot elken prijs!" brulde de veldheer Megabyzus, de vader van Zopyrus, met zijne zware vuist op de tafel slaande, dat de gouden vaten tegen elkaar stieten en verscheidene bekers omvielen.
De woorden van Cresus hadden in Sappho's ziel eenige bezorgdheid doen rijzen, die evenwel, na het geruststellend antwoord van haar gemaal, weder spoedig verdreven werd, en geheel en al vergeten was, toen Zopyrus zijn krans gereed had en dezen op het hoofd der oude vrouw plaatste.
U, Zopyrus, bied ik deze gouden keten aan, want gij zijt, gelijk ik gezien heb, de trouwste vriend van uwe vrienden; en wij, Egyptenaren, geven aan onze godin der liefde en der vriendschap, de schoone Hathor, als zinnebeeld van haar bindend vermogen, banden en strikken in de liefelijke handen . U, Darius, u beminnaar van de wijsheid der Egyptenaren en van den helderen sterrenhemel, schenk ik tot aandenken dezen gouden band, op welken gij den dierenriem ziet, door eene bekwame hand in het metaal gegraveerd . Gij, Bartja, mijn lieve schoonbroeder, zult eindelijk het kostbaarst kleinood ontvangen, dat ik bezit.
Dan ontbood hij Darius, Zopyrus en Gyges, die gelijk hij wist door banden der innigste vriendschap aan Bartja verbonden waren, en vroeg hun hoe het met hun vriend was. Van dezen vernam hij, dat zijn broeder zich te Saïs ophield. Terstond zond hij het drietal daarheen, hun gelastende Prexaspes, indien zij dezen mochten ontmoeten, zonder verzuim naar Memphis terug te zenden.
Deze op schertsenden toon uitgesproken woorden, en het verminkte gelaat van zijn vroeger zoo schoonen vriend, deden den koning zoozeer aan, dat hij tranen stortte. Maar toen de door geweld onneembare vesting voor de list van Zopyrus inderdaad bezweken was, riep hij: »Honderd Babels zou ik willen geven, als mijn Zopyrus zich niet zoo verminkt had!"
Terwijl de satraap sprak, was Zopyrus eens naar het venster gegaan om uit te zien. Thans viel hij den spreker in de rede met te zeggen: »De sterren staan reeds zeer hoog, en Bartja heeft rust noodig; haast u daarom Darius, en verhaal ons wat van huis!" De zoon van Hystaspes knikte toestemmend, en deed nu omstandig verslag van de voorvallen, die wij reeds hebben bijgewoond.
Lang vermeiden zich de vrienden, zonder een woord te spreken, in de aanschouwing van dit zeldzaam en onvergelijkelijk schoon tafereel, dat voor hunne oogen langzaam scheen voorbij te gaan. Eindelijk maakte Zopyrus een einde aan de stilte, met een diepen zucht uitroepende: »Hoezeer benijd ik u, Bartja! Als het was gelijk het behoort, dan had ieder onzer in dit uur een lief wijfje aan zijne zijde!"
»Morgen, als gij wilt," antwoordde deze. »De geneesheeren verzekeren, dat het zeetochtje mij volstrekt niet schaden zal. De reis over land tot Smyrna is slechts kort." »En ik," liet Zopyrus er op volgen, »verzeker u, dat uw liefje u spoediger gezond zal maken, dan alle artsenijmengers in de geheele wereld!"
Toen Darius negen maanden lang vruchteloos Babylon had belegerd, dat zich na den dood van Cambyzes aan de Perzische heerschappij had ontworsteld, en reeds half en half besloten was het beleg op te breken, verscheen Zopyrus bloedende, zonder neus en ooren, voor den koning, en zeide, dat hij zichzelven dus verminkt had, om den Babyloniërs, die hem even goed kenden als hij hunne dochteren, wie hij zoo dikwerf het hof had gemaakt, eene poets te spelen.
»Is het dan bij u gebruikelijk, de woning eener bruid met bloemen te versieren?" vroeg Zopyrus.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek