Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juli 2025


»Mijne vrouwen zouden zeker niet zoo lang op mij wachten!" zeide de vroolijke Zopyrus. »Ik beken ronduit dat ik mij ook niet zou doodtreuren, als ik, na zulk een lange afwezigheid, bij mijne terugkomst mijn geheele huis ledig vond. In de plaats van die ontrouwe vrouwen, die intusschen tamelijk oud geworden zouden zijn, kon ik dan jonge en schoone deerntjes in mijn harem opnemen.

Maar ik wil u niet kwellen; zeg mij liever wat gij in de sterren gelezen hebt?" Darius zag bij deze woorden nogmaals naar den hemel op, en hield zijne blikken onafgewend op een helder lichtend sterrenbeeld gevestigd, dat juist boven den horizont oprees. Zopyrus sloeg den astroloog opmerkzaam gade, en riep zijnen vrienden toe: »Daarboven moet iets gewichtigs plaats grijpen.

Maar ik schaamde mij te bekennen, dat ik mij niet wel gevoelde, en hield mij goed, totdat wij te Bagis versche paarden moesten bestijgen. Toen ik mij in den zadel wilde werpen, begaven mij mijne krachten en mijn bewustzijn, en viel ik neder." »Of wij ook schrikten, toen gij inéenzaktet," viel Zopyrus den spreker in de rede. »En het was een zegen dat Gyges bij mij was. Ik had geen raad geweten.

Men heeft mij reeds verhaald, dat men in de vrouwenvertrekken tegen mijn armen Bartja uitvaart, omdat hij mij niet door eunuchen laat bewaken, en mij vergunt aan zijne zijde het leven te genieten." »Hij verwent u schrikbarend," hernam Zopyrus, »en onze vrouwen beginnen, wanneer wij haar een weinig korthouden, zich reeds te beroepen op zijne goedheid en toegeeflijkheid.

Het jeugdige paar woonde niet meer te Memphis, daar Bartja met 's konings toestemming het paleis te Saïs had betrokken, om de uitbarstingen van woede van zijn broeder te ontwijken, die sedert de vlucht van Phanes zeer waren toegenomen. Ook Rhodopis, in wier huis de Lydiër met zijn zoon, Bartja, Darius en Zopyrus zich vaak vereenigden, sloot zich bij het gezelschap aan.

Ik blijf vermomd in zijn huis, tot ik u, als mijne geliefde gade, tot mij mag nemen." »En ik zal u volgen!" Toen de jongelieden den volgenden morgen met hun gastheer in diens tuin wandelden, riep Zopyrus: »Ik heb dezen ganschen nacht door van uwe Sappho gedroomd, gelukkige Bartja! Zulk een lief schepseltje werd er nog nooit geboren.

Daarom vindt men in de getallen het ware zijn, het wezen van alle dingen!" »In naam van Mithra, Darius, houd op, het schemert mij voor de oogen!" riep Zopyrus, zijn vriend in de rede vallende. »Wie u zoo hoort spreken, moet wel denken dat gij uw geheele leven in het gezelschap dier spitsvondige haarkloovers gesleten en nooit een zwaard gehanteerd hebt! Wat gaan ons die getallen aan?"

Isis toch had bij ieder der plotseling ontvlamde vuren, waarvan ik zoo even melding maakte, een der ledematen van haar echtvriend teruggevonden, en vierde thans feest. »Dat dansen hadt gij moeten zien, Zopyrus!

Woord Van De Dag

estes

Anderen Op Zoek