United States or Azerbaijan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daarom heeft Jozef de macht de zonde te overwinnen. Er zijn allerlei middelen om zich tegen de zonde te verdedigen. Ik noem de vrees voor straf. Deze vrees is geen ondeugdelijk middel; toch voelen wij goed, dat wij, uit vrees voor straf de zonde afwerend, nooit zullen komen tot wezenlijke grootheid. Dan is daar: de eer. Jozef noemt haar ook. Zie vs. 8 en 9.

De ondergrond toch van alle heksenvrees en heksengeloof was de opvatting der Christelijke kerk, dat door de vrouw de zonde in de wereld gekomen is en door de zonde de dood. Van deze opvatting uitgaande is het maar een kleine stap om tot de overtuiging te komen, dat de schoot der vrouw de ingang is naar de hel, en dat de vrouw in voortdurende gemeenschap staat met den duivel.

Zij werd zoo slaafs mogelijk tot haar dagelijksche taak beperkt, dat geven wij toe; maar het kwam ook niet in haar op dat het ook haar plicht was het gehalte van haar arbeid in het belang der menschheid te verhoogen, noch dat het een zonde was den vooruitgang der wereld door haar tevreden berusting tegen te houden. Zij kan niet onderwijzen wat zij niet weet.

Als men een gedroogden kever bij zich draagt, neemt, zoo meent men, iemands voorraad kleeren toe. Bij de legenden, die hier volgen, moet men er aan denken, dat naar de leerstellingen der Buddhisten ieder leven heilig is, en bovendien dat de Buddhisten gelooven, dat de ziel van een man of vrouw om de ééne of andere zonde zelfs in het kleine lichaam van een insect kan binnentreden. Waterjuffers.

De bekeering van een tollenaar tot een Pharizeër zoû hem geen sterk stuk geleken hebben. Maar op een wijze als de wereld nog altijd niet heeft begrepen, beschouwde hij zonde en lijden als dingen schoon en heilig in zichzelf en als graden van volkomenheid. Het lijkt een zeer gevaarlijk denkbeeld. Het is het inderdaad alle groote denkbeelden zijn gevaarlijk.

De leiding was, in hun idee, "een wegwijzer voor de Companie" en wèl zonde en jammer daarvoor metaal te gebruiken, terwijl het toch met rottan precies even goed ging: waarom zij, eerlijk, overal waar zij draad wegnamen, er rottan voor in de plaats inlaschten.

Behoed ons Heer voor zonde en schand, Bewaar dit huis voor ongeluk en brand. Menschen gij moet sterven, Gedenkt gij de zaligheid te erven. Wie op God vertrouwt, En niet en verflauwt, God zal hem zegenen menigvoud.

Maar, 't was zonde dat ze 't zei, zóó'n schooier was er nou toch nog nooit an de deur geweest,... wat een raar volk er tusschenbeide ook om meneer kwam. Ze had 'm natuurlijk op stoep laten staan en inspres met de nachtknip gesloten. Hoe ze daar nou mee an moest, met dien griezeligen kerel, die natuurlijk den boel is op kwam nemen om vandaag of morgen in te breken? Of ie geen naam had genoemd?"

En toch erkent Christus, dat hij de herder is van deze kudde, ja zelfs, vond hij genoegen in den naam van lam, toen Johannes op hem wees met de woorden: Zie het lam Gods , waarvan ook dikwijls in de Openbaring gesproken wordt . Wat verkondigen deze woorden anders dan dat alle menschen dwaas zijn, ook de vromen? dat ook Christus zelf om de dwaasheid der menschen tegemoet te komen, ofschoon hij de wijsheid des Vaders was , toch in zekeren zin dwaas is geworden, toen hij, na de menschelijke natuur te hebben aangenomen, in gedaante gevonden is als een mensch ? evenals hij ook zonde geworden is om de zonden weg te nemen . En dit wilde hij op geen andere wijze doen dan door middel van de dwaasheid des kruises , door zotte en domme apostelen, aan wie hij ijverig dwaasheid voorschrijft, hen van de wijsheid afschrikkende, terwijl hij hen wijst op het voorbeeld van kinderen , leliën , mostaardzaad en musschen , domme en redelooze zaken en die alleen naar de leiding der natuur, zonder eenige kunst of zorg hun leven doorbrengen.

Voor niemand deed hij iets, niemand had hij lief ja, 't is haast zonde om het te zeggen, maar 't was, of hij zijn eigen ouders niet eens lief had. Hoeveel plezier zijne ouders hem ook aandeden, nooit zette hij een dankbaar en tevreden gezicht. 't Was, of het maar van zelf sprak, dat zijn vader en moeder zoo goed voor hem waren.