Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juni 2025
Als ze mij dan zagen, krompen ze terug in de varens, om er door te gluren en te luisteren; maar de kleine stroom murmelde ongestoord verder, en het einde was ten slotte altijd dat ze weer voor den dag kwamen en mij beschouwden als een kameraad, omdat ik naast hun bron zat. Toen ik weer eens kwam, zat er een zangvogeltje op een sparretak, die over de bron hing alsof hij haar wilde beschermen.
En iets om in een goud papiertje aan den boom te hangen heb ik misschien ook wel bij de hand. O, jij, mijn éénig, lief zangvogeltje! Och wat! Het is niet waar. Het is onmogelijk. Het moet onmogelijk zijn. De kleintjes vragen toch zóó, of ze bij Mama mogen komen. NORA. Neen ... neen ... neen ... laat ze niet hier komen! Toe, ga jij bij hen, Anna-Marie. DE KINDERMEID. Goed mevrouw.
Goeden nacht, mijn zangvogeltje. Slaap wel, Nora. Nu ga ik de brieven doorlezen. Nooit. Nooit. Nooit. De kinderen ook nooit meer zien. Hen óók niet. Nooit, nooit.... O, dat koude donkere water! O, die ijzige diepte!... Die.... O, was het maar voorbij!... Nu heeft hij den brief ... nu leest hij hem.... O, neen ... neen... nog niet. Torwald, vaarwel ... vaarwel mijn kleintjes! HELMER. Nora! Ah...!
Dat moet mijn zangvogeltje nooit meer doen. Een zangvogeltje moet nooit valsche tonen laten hooren! Is het zoo niet? Ja, dat wist ik immers wel. En nu praten wij er niet meer over. Hè, wat is het hier gezellig en lekker. Torwald! HELMER. Ja. NORA. Ik verheug mij zoo dol op het gecostumeerde bal bij de Stenborgs overmorgen.
HELMER. En ik wou je niet graag anders hebben dan je bent, net zooals je bent, mijn lief klein zangvogeltje. Maar hoor eens eventjes; ik bedenk me daar wat. Je ziet er zoo ... zoo ... hoe zal ik het noemen ... zoo verdacht uit vandaag.... NORA. Ik? HELMER. Ja. Kijk mij eens goed aan? En dan? Heeft mijn lekkerbekje vandaag niet gesnoept toen ze in de stad was? NORA. Welneen, hoe kom je er bij!
Aan de bron die het zijn heele leven had gekend en liefgehad was het rustig ingeslapen; haar water welde tot bij zijn bekje en hield zijn beeld in het hart tot het laatste oogenblik. Hoe sterven de dieren? Negentig van de honderd kalm en rustig, zooals de arend in zijn vrije element, en het zangvogeltje aan de bron die het liefhad.
Zangvogeltje, verlaat ons niet!... Zijn die ellendelingen doof!... La Patti uitfluiten is God beleedigen!... Men schaamt zich een Spanjaard te zijn!... Hemelsche harp, weerklink nog eenmaal!... Mijn spijt voor het wangedrag mijner landgenooten... enz. enz.
Dit blijkt uit al wat in 't wild leeft, van het allerkleinste zangvogeltje, dat bij 't zonnegloren te midden van tallooze vijanden zijn zoete liedje aanheft, tot den grooten adelaar, die daar veilig op de lucht rust, wel duizend voet boven de hoogste bergspits; en van het boschmuisje, dat zijn sneeuwgangen dapper vlak onder de klauwen van den hongerigen vos, van de wilde kat graaft, tot den grooten eland, die met zijn borst een berkeboom neerduwt om van den top te eten, als de takken van eschdoorn en lederhout tijdens de noorderstormen diep onder de sneeuw begraven zijn.
Toen je schrik over was... niet voor wat mij dreigde, maar voor wat er voor jou uit voort vloeien kon, en toen alle gevaar voorbij was ... toen was het voor jou, alsof er niets gebeurd was. Ik was weer net als te voren je zangvogeltje, je pop, die je voortaan dubben voorzichtig op de handen dragen zoudt, omdat ze zoo teer en broos was.
Wanneer echter het een of ander Zangvogeltje den schuilhoek van den roover ontdekt, verraadt het dien door zijn geschreeuw aan de overige bevederde bewoners van het woud, die dan onder luid getier bijeenkomen om hun vijand te plagen. Des nachts trekt hij beter onze aandacht door zijn zeer opmerkelijke stem, die vooral in het voorjaar gedurende den paartijd vaak gehoord wordt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek