United States or Jordan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dit is een natuurlijk dichten geworden om dichten, zooals een goed kind de beeltenis van zijn vêr-vereerden vader zou omlijsten en met bloemen tooien, en toch een weidsche begeleiding, gelijk een zuiver begrepen geïnstrumenteer een heerlijk alleene zangstem niet aanklinkt, doch tevreden schijnt wanneer de stilte onder de stem maar van leegte is geroofd.

En nadat het drietal nog eenmaal het fraaie lied van Boele van Hensbroek nu ook met het eerste vers gezongen hadden vroeg de grootvader: »Van eene KoningsvrouweLied voor eene zangstem. Woorden van P. A. M. Boele van Hensbroek. Muziek van Arnold Spoel. Uitgegeven bij G. H. van Eck te 's Gravenhage. »Weet jullie het nog, kinderen, hoe op 31 Augustus 1898, wijlen Ds.

Als er dat nu niet op aankomt, 't is mij wel; maar voor mij is het niet genoeg, dat een lied muzikale gedachten bevat; om mij te behagen moet het speeltuig behoorlijk gestemd en de zangstem zuiver zijn, anders verscheuren zij mij de ooren...." Uit het graf klinke deze vermaning vrij in onze woelige letterkundige wereld van 1886.

Bij het tweede vers kwam de viool, eerst klagend, dan opgewekt, de zangstem omspelen: »Hab' einsam auch mich gehärmet, In bangem, düsterem Muth, Und habe wieder gesungen, Und alles war wieder gut." Zij voegde zich ook bij het klavier in het ietwat breed uitgewerkte tusschenspel, dat op elke volgende strophe den overgang vormde.

't Is een liedeken van Chamisso, dat ik sinds vele jaren al zoo waar bevonden heb als eene evangeliespreuk een beproefd recept, en dat ik voor u op muziek heb gezet, voor eene zangstem met begeleiding : ziet ge, zoo tot een aandenken van onze schoone avondjes om te spelen als ge samen zijt, en als de oude man....... Nu dan, laat eens hooren!

Verslingerde op 't genot der zoetheên van het leven; Maar machtloos om zich zelv' dat streelend lot te geven: 't Bood vrede, of eer, 't gebood, op naam van vreêverdrag, Geschenken, cynsbaarheid en Opperstaatsgezag Men eischte 't meerendeel van vee en akkergaven, Ten jaarlijksch schattingrecht; en duizenden van slaven, En maagden; hemelschoon, met trippelenden voet, En wulpsch van zangstem, ter ontsteking van het bloed, Op luitspel afgerecht en dartle schouwgebaren; En bergen smijdig goud, gezuiverd uit zijne aâren; Robijn uit Pizons kil en hellen diamant; En d' eelsten roofschat van het parelvoedend strand.

En maar even, dan hier dan daar, stoot er even iets harder een klank uit, als een niet bedwongen mee-aanroep tot den God, als een klemtoon op het woord van passie in de lange vraag om erbarming; maar dan dadelijk mummelen weer vlug en reppend de lippen, en de gonzende dreun van, al die ongevormde woordklanken voor-zich-uit zingbiddende menschen drijft als een stille gedragen ondertoon, waarop zich in beurtelings klagenden cadans, dan in aanroependen uitgalm, de zangstem van den Gazan steunt.

Zij werd ingeleid met eene zacht golvende piano-figuur, boven welke straks de zangstem zich verhief, op de woorden van het eerste couplet: »Hab' oft im Kreise der Lieben In duftigem Grase geruht, Und mir ein Liedlein gesungen, Und alles war hübsch und gut"