United States or Norway ? Vote for the TOP Country of the Week !


Azara, Hensel, Rengger en de Prins von Wied hebben uitvoerige beschrijvingen gegeven van het leven van den Neusbeer in vrijen toestand. "De Neusbeer," zegt Hensel, "is in Brazilië zoo menigvuldig, dat ik niet minder dan 200 schedels van dit dier heb kunnen verzamelen.

Anneke ging school ook, en ofschoon ze in 't eerste wel geflikflooid had um moar thuus te blieven, ze had 'r nou al meer schik in, veural nou ze in 't Spa-a al 'en heel eind wied was. Wat Anneke hinderde, bestond in dat allinnig noar huus goan.

De Prins von Wied onderscheidde in Brazilië twee soorten, de gezellige en de eenzame Neusbeer. Volgens Hensel's onderzoekingen vertoonen deze beiden vormen echter geen soortverschil; de "eenzame" Neusberen zijn eenvoudig brommige, oude mannetjes, die zich van de in troepen levende "gezellige" afgescheiden hebben. Anders is het gesteld met de beide soorten, die hieronder genoemd worden.

Over de op deze wijze geslagen brug wandelen eerst de jonge en zwakkere Apen naar den anderen oever, terwijl daarna de eerste Aap zich loslaat, en de geheele keten door den laatsten naar zich toe getrokken wordt. De prins Von Wied, een zeer nauwgezet onderzoeker noemt dit verhaal bij zijn rechten naam: "een grappige fabel."

Bermhertigheid voor 't schamel wied, eilaas, dat ge al te ongeren ziet: aanschouwt hoe 't, ja, de steenen, de vuile brokken, daar 't geweld der steêlie'n meê den buiten kwelt, komt zedig groen verleenen. Aanschouwt, op elken staf, hoe lief elk distel hoofd zijn' blommen hief, geheel of half maar open; hoe net, van niemand aangeraakt, een' krage om elke blomme blaakt, vol verschen dauw gedropen.

Of ze daor in Grönningen al poesten tegen 't licht, met een perfester als veurpoester, 't helpt niks, 't mensdom wil de oogen niet meer op kemando digte kniepen, maor ze altied wied waogen open hebben."

Een eigenaardigheid van deze groep is, dat, zooals de Prins Von Wied het uitdrukt, "de pooten zich ontwikkeld hebben ten koste van de vleugels. Het voornaamste voedsel van de Mierenvangers bestaat uit Insecten; sommige versmaden echter ook plantaardige stoffen niet.

Hier zijn zij zoo overvloedig als bij ons de Kraaien, daar zijn zij zoo algemeen als in Nederland de Musschen. En, zij verstaan de kunst om de aandacht te trekken. Zij tooien de wouden en vervullen ze met hun geschreeuw. "De Papegaaien," zegt de Prins Von Wied, "verfraaien met hunne kwistig gekleurde veeren de donkere schaduwen van de tropische wouden."

Een met rijpe vruchten beladen boom, een akker, welks producten zich goed ontwikkeld hebben, lokt hen zelfs van verre aan. "Door allerlei vruchten, die zeer in hun smaak vallen," zegt de Prins Von Wied, "worden de overigens zoo schuwe Araras bewogen zich ver buiten de grenzen harer wouden te begeven."

Een andere niet-Pruisische toongeefster, in de hooge kringen is de jonge vorstin zu Wied, dochter van den Koning van Wurtemberg, en Amerika heeft een charmante vertegenwoordigster in gravin Johannes Siertorpff, die in New-York miss Knowlton heette. ONZE KENNIS VAN ARABI