Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juni 2025
Ons lot is geheel in zijne handen, en gij werpt hem verwijtingen naar het hoofd, die bijkans onvergefelijk zijn. Toch zal hij nog kunnen vergeven, indien gij niet volhardt bij uwe onzinnige afwijzing, ik ben er zeker van, want hij heeft u lief, ik heb dit lang geraden.
Geld schijnt geen waarde voor hem te hebben, hij verkwist het, hij werpt het weg om zijn tocht te bespoedigen. Het is geen koopman die voor zijne zaken reist. Het is geen mandarijn, die door den minister met eene gewichtige zending is belast. Het is geen kunstenaar die de schoonheden der natuur opspoort.
Kom haastig, haastig voort: 't zijn liefelijke wegen Zoo lang de lieve zon is op haar troon gestegen; Maar minder aangenaam en veilig, als de maan Haar twijfelachtig licht werpt door de donkre blaân. Het Woud van Ettrick.
Antaradus, Antarados, havenstad van Aradus, in het Noorden van Phoenicië. Aradus zelf lag op een eilandje in zee, Antaradus er tegenover op de kust. Antea, Anteia, dochter van Iobates, z. Bellerophon. Na het vertrek van Bellerophon bracht zij zichzelve van verdriet om het leven. V.a. komt Bellerophon later weder bij haar, beweegt haar met hem te vluchten, en werpt haar bij het eiland Melos in zee.
Bijna alle daken worden vastgehouden met kettingen of met touwen, waaraan zware stukken bazalt zijn bevestigd, want het kan hier vreeselijk waaien; de wind wordt teruggekaatst door de rotsen en die stooten uit de tweede hand zijn van een kracht, die ongelukken teweegbrengt, sterke mannen onderstboven werpt, steenen verzet, gebouwen vernielt en schipbreuken teweegbrengt.
Het is nu donker geworden, en de groote restauratiezaal, waar heden avond een vergadering zal worden gehouden der Engelsche Vereeniging, straalt van electrisch licht, dat door de wijd geopende deuren tot ver over de straat zijn stralen werpt. De zaal is tamelijk bezet, maar de millionairs zijn nog zwak vertegenwoordigd.
De vrouw begint de verklaring van het voorgevallen ongeluk met deze snauw: "Welnu, wat zal het worden, zot getrek! Zijt gij van zin ons op te slokken?" De vader werpt een doodenden blik op zijne vrouw, doch antwoordt niet. DE MOEDER. Wel, hebt gij het van uw leven gezien met al uwe dwaze grillen! Dat trekt een gezicht gelijk de kwade moordenaar. Och arme! Moet gij daar zoo een leven om maken?
Zulk een jacht werpt nog al voordeelen af, want de huid wordt soms met zes gulden betaald." Het vel van den Bunzing levert een warm en duurzaam pelswerk, dat echter wegens zijn aanhoudenden en werkelijk onverdragelijken reuk veel minder geschat wordt, dan het wegens zijn dichtheid verdient.
Eliëzer aarzelt om voort te gaan. »Spreek door," gebiedt Reinard Jansen. »Ik wist, wat er gebeurd was tusschen den ouden baas en den jongen baas." »Van welken kant kwam Frits?" werpt Jansen er tusschen in. »Ik weet het niet," zegt Eliëzer. »Van den linker kant," meent Hector. »Van den rechter kant," meent Schaap. »Laat dat maar," zegt Jansen, »het geeft ook niet. Ga voort, Eliëzer!"
Inderdaad kreeg de bezetting het kwaad te verantwoorden. Maar Jan toonde zich iemand van groote veldheerstalenten. Hij zag niet alleen het gevaar, dat hem dreigde, maar hij doorzag ook de bedoeling van zijne vijanden. "Jongens," riep hij zijne soldaten toe, "als we de kanteelen niet behouden, zijn we verloren. Neemt de schoppen en werpt op elke bres een nieuwen muur op.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek