Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juli 2025


»En de volmacht?" vroeg de Syriër weder met een diepe buiging. »Die hebt gij. Hebt gij iets op schrift noodig, wend u dan tot Zeno. In een rustiger uur spreek ik u weder." De Syriër trok zich terug, doch Cleopatra keerde zich tot den eunuch en riep gloeiend van opgewondenheid, terwijl zij op den brief van den Koning der Joden wees: »Hebt gij ooit schandelijker ondankbaarheid gezien?

't Schijnt alles mij, waarheen ik de oogen wend, Zoo onbegrijplijk-vriendlijk, zoo bekend, En echter neen, ik was hier nimmermeer. En zijt ge niet verwonderd, dat ge mij Weêr bij u ziet? Wel, waart gij 't niet altoos? Nu ja; maar toch, ik was een lange poos Afwezig. Eens verdween ik van uw zij'.

Zal ik naarbinnen waden? Liever niet. Waartoe het jammer-schouwspel? Ik wend het hoofd af, en...... Ruk mijn ranke boot verder! Wat zaten wij rustig in onze woonkamer op dien noodlots-morgen, toen ons bericht werd: "De Zuiderzee-dijk is bezweken". "Loop heen!" antwoordden wij den boodschapper, en wij lachten over zijn begrafenistronie. Zeker, het had gestormd dien nacht.

Toch kan ik deze malle situatie niet langer rekken uit vrees, dat het publiek zal merken, wat er gaande is. Nog eenmaal wend ik mij om, neem Sarah's hand voor de derde maal in de mijne en roep vertwijfeld achtereen: "Arme Marguérite", "arme Marguérite!" Den volgenden dag waren alle kranten vol lof over de groote Sarah en haar uitstekend gezelschap.

Neen! wend u niet af! Vergeef het mij! De zon van Indië straalt mij toe uit uwe oogen; Egypte heeft op uwe lippen zijn zegel gedrukt. Keer u niet af, schoone jonkvrouw, voordat gij mij genade geschonken hebt. Zeg mij ten minste, dat gij mij vergiffenis schenkt.

Dit sonnet bestaat uit vier gedeelten: in het eerste gedeelte roep ik den Dood aan met enkele zijner toepasselijke benamingen; in het tweede zeg ik, tot hem sprekende, de reden welke mij beweegt hem te smaden; in het derde gisp ik hem: in het vierde wend ik mij tot een onbepaald persoon, ofschoon deze in mijne bedoeling wèl bepaald is.

"Wend u tot dezen man," sprak Don Quichot met trotschheid; "hij zal u berichten, hoe de zaak is afgeloopen." Sancho talmde hier dan ook niet mee, en de leeuwenhoeder vertelde uitvoerig de geheele geschiedenis en kon niet genoeg roemen, hoe uitstekend dapper en heldhaftig de ridder zich in dit geval gedragen had.

Intusschen liep deze zoo geheel onverwachte persoon op kapitein Hod toe, wiens karabijn hem steeds bleef bedreigen, en zeide op een vrij verwaanden toon, gepaard met een sprekend gebaar: »Wees zoo goed, mijnheer, en wend uw wapen af. Ge hebt met geen tijger van Tarryani te doen!" Kapitein Hod bracht na eenige aarzeling zijn karabijn in een minder gevaarlijke positie.

Daar uw naam echter meer dan de mijne in de letterkundige wereld bekend is, wend ik mij tot u, met de vraag of gij de peetschap over het papieren kind wilt op u nemen, overtuigd dat enz.... Uw vriend P. Dat ik aan het verlangen van mijn vriend voldeed, blijkt uit de navolgende bladzijden.

Neen Madzy! neen, gij zult niet onbarmhartig en onverbiddelijk wezen: gij zult mij niet verlaten, mij, die u zoo teeder liefheb, om u te gaan blootstellen aan de onzekere kansen van een zwervend leven. O! wend uw gelaat niet af! zie niet toornig! laat ik in uw oogen een enkelen blik van deernis lezen voor zooveel liefde."

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek