United States or Georgia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Er is slechts één middel, en dit is, dat gij het avondmaal met ons neemt. Weiger mij niet: anders zult gij zeker onze geschiedenis niet kennen." Ik liet mij gezeggen. Dien avond bracht ik door tusschen Bavo en Lieveken.

Alle andre levenden die lijden, krijgen Van u eenge vertroosting: bloemen, vruchten, Blijde geluiden, liefde al vliedt die snel. Dit 's niet voor mij: mijn eigen woorden, 'k smeek u. Weiger die niet aan mij. Gij zult ze hooren. Eer Babylon tot puin verging, ontmoette Mijn doode zoon, de Magiër Zoroaster, Zijn eigen beeltnis wandlend in den tuin. Hij enkel zag van 't menschdom die verschijning.

Mijn geestdrift scheen haar aangenaam te verrassen en droogde haar tranen. "Mijnheer," zei ze, "vergeef mij de verdenking, waartoe ik werd gebracht door den toestand, waarin ik mij bevind. Edele onbekende, vergeef Séraphine hare dwaling! Ik weiger uw hulp niet, al vraag ik u niet om den dood van don Fernand.

Laten we vrienden blijven! antwoordde zij en stak hem hare sidderende hand toe. We zouden niet gelukkig zijn met elkaâr en eens zal je me dankbaar zijn, dat ik nu je aanzoek.... weiger. Maar hij nam heure hand niet aan en zij was genoodzaakt die onaangeroerd terug te trekken. Je kent me dan wel goed! herhaalde hij bitter.

"Neen, want ik heb een verren toer te doen, zoodat ik mij zelfs haasten moet, wil ik dien voor den eten afleggen." "Dan moet gij dien verren toer uitstellen tot morgen Francis!" sprak ik ernstig, "'t Is voor het eerst dat wij weer eens rustig samen kunnen uitgaan na de ziekte van uw grootvader; weiger mij dit nu niet."

"Opdracht van wien? Gij spreekt steeds in onbegrijpelijke raadselen." "Van hem, wien gij rekening en verantwoording verschuldigd zijt, die recht over leven en dood over u heeft." "Maar nogmaals, wie is dat? Gij zoudt mij inderdaad beangst kunnen maken." "Dat is niet aan mij om het u te zeggen. Misschien zal hij het u later zelf zeggen." "Welnu, in dat geval weiger ik te antwoorden.

Nauw heb ik den slaven geboden vuur aan te maken en een maaltijd te bereiden, of daar verschijnt de onbeschaamde juwelier andermaal en vordert zijn geld. Wederom weiger ik hem te betalen, breng opnieuw, door de vrouwen buitengesloten, eenzaam den nacht door, en offer den volgenden morgen om des lieven vredes wille tien talenten.

Het verwondert mij dat de man niet op de plaats zelve doodgebleven is. Maar zeg mij, om op ons gesprek van daareven terug te komen, hoe staat het bij u met de kuischheid? De jaren zullen mij ingetogenheid leeren, hoop ik; doch ik weiger niet u in vertrouwen te bekennen dat ik nog geen model-evangelische ben, enkel een uit den grooten hoop.

En voor jou is er, geloof ik, maar één middel, kind, om te maken dat je rust krijgt over zijn dood: Weiger je eerbied voor wat hij verachtte; haat wat hij heeft gehaat.... En waarom zou je dan bang zijn dat hij je vervolgen zal? Hij hield toch van je? Heeft hij niet, eer hij stierf, zijn liefste schatten op de vensterbank voor je kamertje neergelegd...; die lieve jongen?!"

En nu zullen wij er van daag niet meer over spreken. Geef mij wat te drinken, moeder! MEVR. ALVING. Drinken? Wat wil je nu drinken? OSWALD. Och, wat je hebt. Je hebt immers kouden punch in huis? MEVR. ALVING. Ja, maar, mijn beste Oswald...! OSWALD. Toe, weiger het me niet. Wees nu lief! En dan ... wat is het hier donker! OSWALD. En die onophoudelijke regen. Weken lang kan dat duren; maanden soms.