Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 mei 2025
Rozige flammingo's zweven, Als zijn wachters dag en nacht Om zijn goddelijke sponde, En der nachtegalen klacht Trilt weemoedig in het ronde." »Alzoo zong die wonderbare stem, tevens meldende, dat het lijk van den god naar Gebal in Phoenicië was gedreven. De zoon van Neithotep, die bij mij gebleven was, noemde dit gezang, dat mij in de ziel greep, 'den wind van het gerucht'.
Maar het duurt slechts eenige oogenblikken en weemoedig zie ik de gedaanten veranderen en verwelken, de kleuren verbleeken. Langzaam vormt zich een droppel, die meer en meer zwelt en glinstert, totdat hij, zijn toppunt bereikt hebbende, door zijne eigen ontwikkeling valt, om de aarde slechts te vermeerderen met een weinig slijk.
En daarmee heeft hij volkomen gelijk, want: mij althans praat 't nu niemand uit het hoofd, dat ik bij hem gemiddagmaald heb, dat we daarna nog wat hebben zitten schemeren o, ik herinner mij duidelijk het weemoedig en peins-spelend vertoon der schaduw- en lichtfiguren, die het haardvuur den nacht-donkeren wanden liet ontschijnen en dat hij mij toen dit verhaal deed.
Je verstaat het niet, maar Geurt des te beter.... en.... Neen, wel roept hij: "Huup huup!" wel trekt hij aan den toom, en spant hij zijn geringe krachten in om je weer op de been te krijgen, doch je mishandelen in dezen stond.... neen, dát kan hij niet. Je brekende oogen, die zoo weemoedig schijnen te vragen: Waar is mijn goede baas toch? zij treffen de zijnen.
Hij staarde op de aandrijvende onweerswolken of naar de ondergaande zon, maar als hij dichtbij kinderen van zijn leeftijd zag spelen, werd hij weemoedig. Hij wist dat hij niet een gewoon kind was.
Neen, neen, dan was het nog beter in vriendschap elkander te verlaten met een laatst weemoedig vaarwel!
Mevrouw schudde haar hoofd en glimlachte weemoedig door haar tranen heen... Hare gewone gelijkmoedigheid was verdwenen; zij werd nerveus in verdriet, en hare trillende handen, die een bezigheid zochten, bereidden nu ook een ontbijt voor de drie anderen, die nu kwamen.
Geurt ontstelde hevig toen hij Ritters vriend zoo onverwacht zag vallen, zelfs aan de mogelijkheid had hij niet gedacht. Wat te doen! De schipper aan het roer riep luide: "Geef 'm wat lange haver! Ransel z'n luie bast!" Z'n luie bast! Arme Hans! je verstaat het niet, gelukkig voor jou! je zoudt weemoedig zijn geworden en misschien met wrok den laatsten stond zijn tegemoet gegaan.
Daarna mat hij zich zelven en sprak: Vier voet en half. En hij scheen weemoedig. Maar den achtsten Zaterdag, van den monnik sprekend, zeide hij vol blijdschap: Vier voet en drij kwart. En als hij den monnik de maat nam, zeide deze grammoedig tot Lamme: Wat wilt ge van mij, dikzak? Maar Lamme stak zijne tong uit naar hem en zeide geen woord.
De portretten der voorouders, in de statige vertrekken, in de breede gangen en portalen opgehangen, schijnen weemoedig neer te zien op de eenzaamheid en verlatenheid van het heden, zoo treurig afstekende bij de beweging en de vroolijke drukte eener schier vorstelijke hofhouding, waarvan die voorouders in hun tijd het middelpunt en het sieraad waren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek