Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juli 2025
"Waarom hebt gij de dochter van Niklaas Bodé Volckers niet uit de stad gezonden, voordat zij belegerd werd?" vraagt Guy verontwaardigd. "Omdat wij haar noodig hadden." "Haar noodig hadden? Hoe zoo? Zij is een vrouw, een non-combattante." "Vrouwen zijn hier geen non-combattanten. Hadden wij de vrouwen niet, dan zouden wij mannen de stad niet kunnen houden."
"Waar is Hans?" vraagt Ritter terstond, terwijl hij de oogen op de opengelaten deur houdt gevestigd, in de verwachting dat het paard nog volgen zal. Geurt ziet voor zich neder maar antwoordt niet. "Waar is Hans?
Ik antwoord: "Hij past op zijn spul". Vraagt gij of hij geregeld leeft? Antwoord: "Hij drinkt alleen op marktdagen en kermissen". Is hij een ophakker en een smijter? "Nooit als hij nuchteren is". Is hij eerlijk? "Hij melkt geen andermans koeien uit". Is hij barmhartig? "Hij is goed voor zijn beesten". Heeft hij zijn vrouw lief? "Der is geen beter keezer". Bemint hij zijn kinderen?
't Is haast te warm om verliefd te zijn, maar wat vraagt Amor naar graden Celsius of Réaumur of Fahrenheit. Hoe warm het ook moge zijn, hoe zeer ook het kwik in den Thermometer stijgt, toch zijn er op de boot twee wezens, wier harten een hooger warmtegraad aanwijzen.
Het is een opgewekt volkje die Edinburgsche koetsiers, die de coaches besturen, bestemd voor allerlei tochtjes in den omtrek. Zij zien er ook fleurig uit met hunne roode jassen en hooge, grijze hoeden. Tieka vraagt telkens weer aan haar moeder: "Mag ik ook niet eens een ritje bovenop een coach doen met Fräulein? Dat lijkt me zóó heerlijk!"
"Zoo heet ik ook!" zegt mamsel Westphalen. De overste lacht en zegt dat hij niet Westphalen heet, maar uit Westphalen is; hij heette "Von Toll." Mamsel Westphalen maakt eene diepe nijging van achteren en vraagt: "Neem 't mij niet kwalijk, zijt gij dan soms familie van mijnheer den postmeester en kastelein Toll, hier in de stad?"
Wat hij zegt, zegt hij met een zekere drift, alsof hij met zijn geheele persoonlijkheid voor zijn opinie instaat. En hij vraagt vraagt veel met de tot in bijzonderheden doordringende volharding en op de systematische wijze van wie iets nieuws volkomen begrijpen wil om het in zijn beschouwing van de menschen en het leven organisch te kunnen opnemen.
De overste houdt haar echter tegen en zegt; "Mag ik u vragen, waar ik mijnheer den baljuw zou kunnen vinden; ik moet hem spreken?" Mamsel Westphalen denkt, dat zij van eene beroerte getroffen zal worden. "Wat wilt gij?" vraagt zij, geheel onthutst. De Franschman geeft zijn verlangen nogmaals te kennen. "Hoe zou dat mogelijk zijn!" zegt mamsel Westphalen.
De graaf liep op den veerman toe om hem te vragen of hij de gravin gezien had. Maar daar hij een beetje verlegen was, omdat hij naar zijn weggeloopen vrouw moest vragen, zei hij alleen: "Er is iets weggeraakt." "Zoo?" antwoordde de veerman. "Er is iets weggeraakt. Ik vraag of je iets gezien hebt." "Waar vraagt u naar?" "Dat doet er niet toe; maar er is iets weggeraakt.
Nu wisselen ze ringen, kussen elkaar... en zo zijn al zijn schone voornemens door haar tranen gesmolten zoals het de man zo dikwels gaat die komt om zulk een verhouding af te breken. Eliduc komt thuis en wordt door allen goed ontvangen, vooral door zijn trouwe echtgenote; maar hij loopt stil en in overpeinzingen rond en zij vraagt in haar verdriet of iemand haar misschien belasterd heeft.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek