Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een der mannen is gekleed in het purper en draagt een gouden kroon op het hoofd. Hij schijnt de hoofdman der anderen, die allen in lompen en vodden gehuld zijn. In het Oosten zie ik een andere groep van zeven komen: insgelijks aangevoerd door iemand, ook gekleed in het purper, doch zonder kroon op het hoofd. En zij gaan op tegen die van het Westen.

Vlak bij het raam, op een muffend matras leien er vier, en in den kelder naast vodden en ton kropen twee jongens waarvan een al verdiende met vodden-sorteeren. Vroeger had Stella 'r ook geslapen, maar de jongens grooter geworden, deëen zoo smerig dat de armendokter 'r an te pas was gekomen.

Voor zulke vodden? DE DOCHTER; zij wil den arm haars vaders vatten. Och, vader, wat is er gebeurd? Zeg het aan mij. DE VADER; hij stoot ze weg. Laat mij gerust! Spreek mij niet aan! Uit mijne oogen! Gij tooverheks, ik zal u vermoorden! Nog geene twee dagen of gij krijgt eenen steen aan uwen nek. Moet ik u daarom den kost geven? DE MOEDER, met gramschap. Maar wat gaat u over, Dahlia's-zot?

Dan trokken zij er op uit om vodden en beenen te zoeken, die langs de wegkanten, bij huizen en schuren, of in weilanden en boschjes verspreid lagen. En 't was inderdaad niet weinig, wat zij vonden. Elken avond keerden zij met een goed gevulden zak huiswaarts, en als de voorraad groot genoeg was, verkochten zij dien aan den pottenschipper.

Des avonds ontmoeten wij hem in een verkoophuis van gering gehalte; daar slaat hij, met schijnbare onverschilligheid, maar met ingespannen aandacht, de verrichtingen van den afslager gade: hij ziet hem zijne vodden, zijn katoen, zijn papieren schoenen, zinken scheermessen, glazen juweelen en geverfde pelterijen aan den man brengen.

'k Zou den zoon van Jochem Voss, die met mij in princes ligt, en die met een' grooten zak geld in 't land rondreist, mijn kind geven, mijn beste, liefste kind! en 'k zou tot hem zeggen: daar hebt ge haar, maar, meêgeven kan ik haar niets, want ik ben een bedelaar! Neen, moeder, neen! 'k Zou de vodden moeten borgen, waarin mijn eenig kind, mijn kleine, lieve Fieken, voor 't altaar zou staan!

Schreeuw niet, Marieken, 't is allemaal niks... ik vaag er nu toch mijn botten aan... 't Is nu gedaan met de politiek... Ik trek er uit... Ik geef mijn ontslag aan al de maatschappijen... dat zij het karreken maar zelf kruien, ik ben het beu... ik zet geen voet meer op de vergaderingen... ik ga rusten en van het leven profiteeren... 'n mensch is zot zich muug te maken voor al die vodden... De politiek is een smerige komedie, en ik wil geen komedie spelen in mijn ouden dag!... Ik ben er mager van geworden... Wij gaan nu samen een lekker glas wijn drinken in familie, om te toonen dat wij niks geven om hunnen Gemeenteraad... Antoine, jongen, als ik u 'n goeien raad mag geven, doe dan nooit aan politiek... 't Is puur zottigheid!

De boerinnen zijn goede moeders en houden alle lappen en vodden niet voor zich alleen: de kleine kinderen, voor wier gezondheid het schadelijk zou zijn, als zij voor hun derde jaar gewasschen werden, zijn zelfs in den winter geheel naakt, maar ook bij hen wordt het hoofd bedekt en omwikkeld met zulk eene vracht van lappen en doeken, glaskoralen en amuletten, dat zelfs de grootsten en sterksten klein en nietig schijnen onder dit monsterachtig kapsel, ten eenemale buiten verhouding tot hunne gestalte.

Daar werden oude lappen en vodden gevent, en stukjes leder, en knoken, en gepensioneerde hoeden, en strooken vilt, en schilderyen zonder lyst, en lysten zonder schildery. En prenten, en boeken. En rugtitels zonder bladen, bladen zonder titel.

Er schoot niets meer over dan het projectiel in den reusachtigen koker te laten zakken en op de dikke laag schietkatoen te plaatsen. Maar vooraf moest het noodige in het verblijf der reizigers worden geplaatst. Als Michel Ardan zijn zin had kunnen krijgen, zou hij er een onafzienbare menigte nuttelooze vodden in hebben geladen.