Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 oktober 2025
Naderhand deed Corbulo 't zelfde met den zoogenaamden Vliet te graven. Maar beide ondernemingen hadden gelijke gevolgen: Het verderf van een groot gedeelte Lands. Gelukkig Holland, zoo men nooit gegraven en nooit gedijkt had!
Neen, o ja, toch, kreupelen Kees en zijne vrouw; hij heeft den tuin opgeknapt, en zij werkt hier geregeld elken Zaterdag. Maar dat zijn ook doodeerlijke lieden, die tot diefstal, en dan nog wel gepaard met inbraak, allerminst in staat zijn.» De burgemeester was dat blijkbaar niet geheel met haar eens, want hij zeide: »Zoo, Kees van der Vliet en zijne vrouw.
De burgemeester haalde de schouders op en gaf den veldwachter een wenk, met zijn onderzoek voort te gaan, wat deze dan ook deed. Vrouw Van der Vliet viel op een stoel neder, bij de tafel, en bedekte haar gelaat met haar boezelaar. »Ik ben onschuldig!» riep zij door hare tranen heen. »Ik ben onschuldig, zoo onschuldig als dit kleine kind! Maar u gelooft me niet, u luistert niet eens naar me.
De tocht was lastig; soms verdween het beekje onder hooge struiken of de kinderen bezeerden zich aan bramen en doornen. Nu en dan hurkten zij neder, bogen zich over den vliet en schepten met hunne kleine handen, water, dat zij begeerig aan den mond brachten.... Arme kleinen, zij leden zoo geweldig door honger en dorst!
En vestigt zich van de Esch tot daar de Nilho vliet. Nu scheen een andre stand voor 't Wareldvlak geboren, De zetel van het Rijk van Kaïn was verloren: Een deel der landstreek lag in ijzren slaverny; Het oovrig, leeg gevlucht, ten doel der roovery; En Hemath stond omringd, van 't heuvlig land der beken, Tot daar m' in 't neevlig West de dagtoorts zag verbleeken.
Ik stel me daar heel wat jool van voor.» »Jool?» herhaalde Tante. »Pret moet je zeggen, Robert, dat is veel fatsoenlijker. Dag Dorus, adieu!» Bob en ik begaven ons nu regelrecht naar school, want het werd hoog tijd. Maar wij kwamen toch nog vroeg genoeg. Op het schoolplein spraken wij nog even met Jan van der Vliet, die er zeer treurig uitzag. »Is er slecht nieuws?» vroegen wij hem.
Neen, ik ga buiten in den Vliet bij de sluisdeuren vischjes vangen. Daar ziet geen mensch ons, en toch kunnen wij de klok hooren slaan; want, we moeten op ons uurtje passen, weet je! Als we kwartier voor twaalven naar huis gaan, dan weten vader en moeder niemendal." "En waarmee wil je visschen?" vroeg George. "Wel, we binden onzen zakdoek aan een stok, dan hebben wij een schepnetje.
De Vliet, de Rijn, de Alblas, de Giesen, de Oude Waal en de Linge, zij hebben alle hun eigenaardig natuurschoon, zelfstandig en typisch, zoodat de kenner des lands, die geblinddoekt in een van deze streken geplaatst wordt, onmiddellijk als hij de oogen openslaat zal weten, in welk gedeelte hij zich bevindt, ook al is die plek op zichzelf hem geheel vreemd.
Uw beeld zal nimmer uit mijn boezem wijken, En zich er spieg’len, als in ’t beekje uw voet, Uw voetje, waarlangs heen de vliet kwam strijken. Gelijk het Goede zult gij voor mij prijken, Dat, schoon, zijn minnaar voor het kwade hoedt. De vrouw, die ’k minnen zal, moet ú gelijken, Opdat ze in háar mij ú beminnen doet.
Komt de meester niet?» »De meester is uit,» zei ik, »en nu moet ik spelen.» »Zoo, zoo, nu, dat is je toevertrouwd. Er zal wel veel volk ter kerk komen, denk ik, want het is prachtig weêr. Kom, ik zal maar gaan zitten.» Potman ging naar de andere zijde van het orgel, waar zijn stoel stond, en nauwelijks was hij weggegaan, of Jan van der Vliet kwam binnen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek