Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 november 2025
Hij was, althans voor het oogenblik, den Spanjaarden ontweken, en velen, die met Columbus hem aanvankelijk voor onschuldig hielden aan de gepleegde gruwelen, begonnen hem nu ook te verdenken.
Zonder elkander aan te zien nemen zij elkander nogtans wederzijds op; zij verdenken elkander niet, doch zouden er niettemin vrij wat voor over hebben om van elkander iets meer te weten; zij pogen in de toekomst te lezen, en vragen zich zwijgend af: Wat zal eenmaal mijn zoon, wat zal mijne dochter, indien het er vroeger of later op aankomt, wat zal hij of zij hebben aan dien Chremes daar tegenover mij?
Na een oogenblik nadenken vervolgt hij: "Neen, ik moet Vasco de Guerra, mijn vijand, in ieder geval dooden. Als hij enkel bewusteloos werd gemaakt, zelfs al kreeg ik de brieven van Lodewijk van Nassau terug, zou hij mij toch blijven verdenken. Op een goeden dag zou hij een ander bewijs tegen mij in handen krijgen.
Welnu, gij wordt beschuldigd van overmoed en laatdunkendheid vooral jegens uwe kunstgenooten, en deze heeren, die u van gunstiger zijde hebben leeren kennen, zoeken de herkomst van zulke aantijgingen...." »In het misnoegen van gekrenkte kameraden over mijne oprechtheid in de waardeering van hun werk!" viel Frits in; »foei! het is onbillijk hen zóó te verdenken."
Zelfs doet het vermoeden, dat er wel onvoorzichtiglijk en ongeestelijk aanleiding zal gegeven zijn, om ons van min kiesch en min teeder gebruik van dien naam te verdenken, zoo niet te beschuldigen. Evenwel, hoe groot ook die verkeerdheid ware, aan de zaak doet dit niets af noch toe. Immers niet uw misbruik van de Schrifttermen, maar alleen de termen der Schrift stellen hier den regel.
"Mijnheer Jérôme!" riep hij, "welk een verlies moet de dood van uw broer voor u zijn geweest! Wat een eerlijk man was hij! Een juweel, een volkomen betrouwbaar koopman, zooals men er geen tweede vindt!" Wij hadden met een onnoozel en lichtgeloovig man te doen. Verre van ons te verdenken, liep hij er gemakkelijk in.
't Kwam mij niet geheel onnatuurlijk voor dat een gevoelig kind zich wat al te zeer aan den zoon van mijn vroeg gestorven krijgsmakker had gehecht; maar, dat die broeder na misschien wat al te veel haar teederheid te hebben opgewekt, haar nu, en tegenover haar vader, durft verdenken; haar durft betichten van een.... gemeene liaison; dát, zie dat is...." "Maar, bij God....!"
»Wel neen, zeker neem ik dat niet kwalijk!" riep de goede man opgeruimd, en het lieve meisje kussende: »Kinderen! kinderen! nu wordt mij alles duidelijk! Hoe heb ik iemand kunnen verdenken, foei! ik schaam mij daarover. Gijlieden hebt haar stillekens weggenomen om mij zoo eens aardig te verrassen, is het zoo niet?"
Hendrik Potgieter vlucht uit Natal, nu het onschuldig vergoten bloed gewroken, een misdadig, trouweloos zwart volk getuchtigd moet worden. Ik vrees dat men alle grond zal hebben, om je van lafhartigheid te verdenken, als je blijft volharden bij wat je gezegd hebt." »Oom Sarel, niemand die me kent, zal aan mijn moed twijfelen, en mij is en blijft het onverschillig, wat de anderen van me denken.
Ondervraagd of hij de moordenaars of hen, die hij van den moord kon verdenken, gezien had, heeft hij geantwoord: "Ik heb boeren en boerinnen gezien, die op ezelen reden; sommigen bleven op hunne dieren zitten en vroegen te drinken aan de deur, anderen stegen van hunne ezelen en kwamen in de gelagkamer, de manslieden dronken bier, de vrouwen en meidekens mede.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek