United States or Saint Lucia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen hij Dik daar door de sloot zag wandelen, kon hij van schrik bijna niet spreken. Hij liep naar den kant, zwaaide met beide armen wanhopig in het rond, en riep: "Dik, wat-wat doe je, w-wa-wat moet dat? Kom h-hi-hier, jongen, je-zult-je verdrinken dat zul-je. Kom gauw!" "Ik vang snoeken!" zei Dik, naar den kant stappende. Vader greep hem bij de hand en hielp hem op het droge.

Een verspieder naderde thans vrouw Aye, en hij zeide: "Vang Reinout, en levert hem over aan keizer Karel, want aldus hebt gij gezworen." Doch vrouwe Aye antwoordde hem: "Mijn hart kan mijn kinderen geen kwaad doen: noch om het leven noch om den dood zou ik mijn kinderen verraden." Ook Aymijn vernam, dat zijn zonen in de zaal waren, en hij deed zijn baronnen zich wapenen.

Ge begrypt echter dat ik nu zoo-iets niet meer doen zou, ook al ware daartoe zooveel aanleiding als in die dagen ... kom eens hier, Max neen, vang dat beestje niet kom hier? Hoor eens, je moet nooit kapellen vangen. Dat arme dier heeft eerst langen tyd als rups op een boom rondgekropen, dat was geen vroolyk leven!

Overal gaf hij blijken van eene zeldzame weetgierigheid, en was hij onuitputtelijk in het doen van vragen, veel meer, dan men kon beantwoorden. Bijzonder werd zijne aandacht getrokken door het doen stilstaan der molens door middel van den vang. In een papiermolen vroeg hij, waarom men den vang, als de molen stilstond, weer een weinig oplichtte.

Zij vonden, tot hun bitter kruis, Geen zelfvoldoening met de muis. "Hou vast," zoo gilde Spar verbaasd, Maar door zijn overdreven haast, Viel tafel, stoel en hij meteen, Met alles over Eva heen. Daar lag de boel en Spar zei: "Vrouw! De muis is waarlijk ons te gauw; Ik geef de brui van al die pret, Vang jij de muis, ik ga naar bed." Zoo had wie heeft het ooit gehoord?

Zijn moeder echter waakte meer over zijn zieleheil dan hij-zelf. Hier was 't de klank van haar stem, daar was het een gebaar hier was het een zwijgen, daar was het een woord, zooals vrouwen het slechts weten te zeggen. Stug wachtte Machteld een dag den jongen, lichtzinnigen minnaar. "Waarom leven de Jood en de Jodin op het kasteel?" waren haar booze woorden. "Vang ze en doe ze levend verbranden.