Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juli 2025


Vitalis had men voor mijn vader gehouden, en men vreesde daarom zeker mij van hem te spreken; maar nu hij slechts mijn meester bleek te zijn, was men van meening, dat ik gerust de waarheid vernemen mocht en men vertelde mij toen het volgende: De deur die in de heining was, waartegen wij ons hadden gelegd, behoorde aan een tuinman.

Maar ik was zoo ontsteld en buiten adem, dat ik geen woord kon spreken. In een minuut of wat kwam ik weer tot mezelf, en hij bracht me veilig naar mijne kleine verzorgster, die juist was gaan kijken op de plaats waar zij mij gelaten had, en doodsangsten uitstond toen ik niet verscheen en niet op haar roepen antwoordde. Zij berispte den tuinman hevig over zijn hond.

«Maar God kan dit welgaf zij hem hierop ten antwoord. «Ik doe slechts, wat Hij wilzei de Dood. «Ik ben Zijn tuinman. Ik neem al Zijn bloemen en boomen en verplant ze in den grooten tuin van het Paradijs, in het onbekende land. Hoe ze daar groeien en hoe het daar is, dat mag ik u niet zeggen!» «Geef mij mijn kind terugzei de moeder en weende en smeekte.

Toen ik in het zachte bed ontwaakte, gevoelde ik mij niet ziek, een weinig stijf en mijn hoofd brandde mij als vuur; maar toen ik eenmaal op was, dacht ik, dat ik zou neerstorten en ik moest mij aan een stoel vastgrijpen. Toch, na een oogenblik gerust te hebben, opende ik de deur en toen was ik weder bij den tuinman en de kinderen.

Voordat "de vader" zich zelf als tuinman gevestigd had, was hij werkzaam geweest in de boomkweekerij van den Plantentuin en daar was hij in aanraking gekomen met wetenschappelijke en gestudeerde menschen, door wier omgang het verlangen bij hem levendig was geworden om te lezen en te studeeren.

Werktuigelijk greep hij naar een looden presse-papier, die naast het raam op eene étagère stond, maar zijn hand bereikte het voorwerp niet; hij hoorde Albertines stem, die den tuinman toeriep: "Pieter, doe eens gauw het tuinhek open! Gauw! daar is neef Otto!" De tuinman liep haastig heen.

Dat alles teekende zich levend af onder haar vlugge bewegingen en 't eenige wat iets minder mooi scheen was de rug, die nog al onsierlijk welfde, alsof ze geen corset droeg. Charlewie, de oude tuinman, hielp haar. Hij was taai en mager en als 't ware uitgedroogd. Hij had zijn klompen uitgedaan en liep op dikke grauwe sokken over de tapijten.

Daarom smeekte hij de beide goede menschen, of hij bij hen mocht blijven. Hij zou gehoorzaam zijn en voor hen werken. Hij zou helpen den tuin en de bloemen te verzorgen. Alleen dezen winter maar. Want hij hoopte in stilte, dat Windekind met de lente zou terugkomen. De tuinman en zijn vrouw dachten dat Johannes was weggeloopen, omdat hij thuis hard behandeld werd.

"Maar ik had behoefte beste pa, om weer eens even te zien hoe het u ging, en u nog een glaasje melk te komen brengen. O, sinds de tuinman mij gezegd heeft dat er voor die nare benauwdheden niets zoo goed is als melk, zal ik er u mee vervolgen totdat u weer heelemaal beter zult zijn." "Ei Coba, zou je denken dat melk voor zoo'n kwaal....?"

Om zijn middel had hij strooken lindebast, waarmede hij de bloemen opbond. Johannes kende dien reuk zoo goed, hij deed hem aan zijn eigen tuin denken en aan den tuinman, die hem mooie rupsen bracht en spreeuweneieren voor hem uithaalde. Hij schrikte niet, al was het een mensch, die bij hem stond.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek