Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juli 2025
"Men moet ze echter eerst hooren om ze te kunnen beoordeelen," zeide de Heer van Teylingen: "welke zijn uw voorwaarden?" "De eerste is, dat het de uitdrukkelijke begeerte van Mevrouw de Gravin is, dat mijn meester zijn verborgene kennis ten toon spreide." "Mevrouw de Gravin hoort wat die nar verlangt," zeide Treslong lachende: "zal zij zoo goed zijn, een bevel dienovereenkomstig te geven?"
Binnen weinige oogenblikken was hij met Walcourt, Teylingen en eenige andere vertrouwelingen, die op zijn vaartuig voeren, in het paviljoen gezeten en zocht hij, door het belangrijke onderwerp van hun gesprek, de heimelijke zorg die hem kwelde te verzetten: ieder oogenblik liet hij aan den schipper vragen, hoe laat men aan wal zou wezen: waarop dan altijd het antwoord was, dat zulks aan God alleen bekend was; maar dat, zoo de wind niet voordeeliger werd, men genoodzaakt zou zijn, dien nacht een ankerplaats te zoeken: daar men sedert de twee laatste gangen meer achter- dan vooruitgegaan was.
"Misschien kent Deodaat de reden van dat overhaast vertrek. Wij willen hem in persoon bezoeken en naar zijn toestand vernemen." Met deze woorden rees de Graaf op en begaf zich met Teylingen naar den gewonde, wien hij volkomen bij zijn kennis vond en verkwikt door eenige uren sluimering.
"Graaf!" vervolgde Teylingen, zich voor Willem op de knieën werpende, en zijn paard bij den teugel houdende: "o! ik bid u! veracht den raad niet van een ouden, getrouwen dienaar uws huizes Wat kan het uw eer verkleinen, een korte wijl te toeven? Waarom zoudt gij u zelven en al de waardige Edelen, die met u zijn, aan een wissen ondergang blootstellen?"
Gij ziet hier al wat onze adel luisterrijks bezit: die nu den boog spant is de Heer van Ligny: naast hem, de Heeren van Walcourt en Antogne: Henegouwen bezit geen kloeker ridders dan deze drie Baanrotsen: die jongeling met zijn blonden kroeskop is de Heer van Brederode, en die met hem spreken zijn twee gebroeders uit den huize Teylingen; die met het deftige uitzicht is een Haemstede: allen zijn aan het voormalige stamhuis vermaagschapt, en getrouwe dienaars van het tegenwoordige."
Wy willen slechts een paar van deze geslachtsnamen vermelden; Van Brederode en Van Teylingen.
Willem lag half op een rustbank uitgestrekt en in gesprek met zijn oom van Beaumont en de Heeren van Naaldwijk en van Teylingen: twee edelknapen waren bezig zijn plechtgewaad te bergen in een grooten, met koper beslagen kotter, die nevens hem stond: en een derde stond voor hem met een zilveren schenkblad, waarop een beker gekruide wijn.
Nauwelijks was de dienaar, aan wien hij dit bevel gegeven had, vertrokken, toen de Heer van Teylingen met een vervaard gelaat kwam binnengetreden en hem meldde, dat Reinout ontsnapt was uit de gevangenis, waar men hem in gezet had. "Onmogelijk!" riep de Graaf uit: "of hebben die ezels de grendels niet gesloten?"
"Die onbeschaamde Fries zal toch niet in het krijt zijn gekomen," zeide de Graaf: "wetende dat zijn weerpartij buiten staat was daar te verschijnen." "Licht mogelijk," merkte Teylingen aan: "en wanneer ik alles wel overdenk, herinner ik mij, dat Paypaert gisteravond aan zijn Herauten bevel heeft gegeven, met zonsopgang te Haarlem te zijn."
"Ik zelf heb het ook onmogelijk genoemd," zeide Teylingen: "want de deur van het kamertje was zoowel voorzien, dat zij niet kon geopend worden zonder de wachters te wekken: ook is daaraan niet geraakt; en uit het venster heeft hij niet kunnen wegkomen, tenzij hij vleugels had als een vogel." "Hij kan zich aan een touw of saamgeknoopte lappen hebben laten afglijden."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek