United States or Bouvet Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daar ginds in den hoek is de slaapplaats, alleen bestaande uit eene kleine verhevenheid, waarop eene mat ligt en eenige kussens met kapok gevuld, alles half weggeborgen achter een katoenen gordijn als onmisbaar scherm voor de muskieten. Niet ver van daar staat eene groote rustbank.

Willem lag half op een rustbank uitgestrekt en in gesprek met zijn oom van Beaumont en de Heeren van Naaldwijk en van Teylingen: twee edelknapen waren bezig zijn plechtgewaad te bergen in een grooten, met koper beslagen kotter, die nevens hem stond: en een derde stond voor hem met een zilveren schenkblad, waarop een beker gekruide wijn.

Het was niet van gekwetste zedigheid, het was van verbeten woede, gemengd met een slechts even door schaamte getemperd trotsch besef van hare schoonheid. De par tous les Saints du Paradis, zeide de schilder halfluid, quelles hanches, quel port hautain, et quelle nuque admirable! De moeder had zich in een zijvertrek op eene rustbank nedergezet, en ging insluimeren.

Nadat Psamtik voor een oogenblik eene biddende houding had aangenomen op de voor hem bestemde gouden en met een kussen bedekte rustbank, zonder evenwel te kunnen bidden, kwam hij bij de vermelde zaal, die iets lager en kleiner was, in welke de heilige koeien van Isis-Neith en de sperwers van Horus verpleegd werden.

Zijn belofte hield den zinkenden moed der vermoeide bekommerde Koningin staande, terwijl zij zich uitstrekte op de kussens van een rustbank, om te bekomen van haar aangrijpenden tocht. Doch nauwelijks had zij de oogen gesloten, of daar klonk op het plaveisel het hoefgetrappel van het vierspan dat den Cæsar naar de Lochias bracht. Zóó vroeg had Cleopatra dit bezoek niet verwacht.

Bij aankomst der gasten werden hun door slaven de zolen afgenomen en de voeten gewasschen, daarop wiesch men de handen en nam men plaats op de rustbank, waarop men liggende het maal gebruikte. Deïpyle, Deipyle, dochter van Adrastus, gehuwd met Tydeus. Dekaprotoi, z. Decemprimi no. 1.

De hoogepriester heft zegenend zijne handen op; Simeon heeft het kindje gegrepen, slaat het oog naar boven en spreekt de bekende woorden: "Nu laat gij, Heer, uwen dienstknecht gaan in vrede, naar Uw woord; mijne oogen hebben uwe zaligheid gezien." Een paar landlieden zijn toevallig getuige van het tooneel, evenals twee "schriftgeleerden", die op den voorgrond op een rustbank zitten.

Die vijvers zijn daar in den Boeddhistischen tijd aangelegd, om de wilde beesten van water te voorzien. Die beestjes hebben evenals menschen behoefte aan water; zij zelf zijn niet in staat vijvers te bouwen en daarom hielpen de menschen hen in dit werk. Een van de priesters vond ik met een brandenden koorts op zijn rieten rustbank in de natkoude spelonk liggen.

Die paar minuten schenen hem een eeuwigheid toe. Bij iederen riemslag keek hij naar den tribuun, die, na zich gekleed te hebben, op zijn rustbank ging liggen om te slapen. Toen Nummer 60 dat zag lachte hij bitter en besloot niet meer dien kant uit te zien. De hortator kwam naderbij. Nu was hij bij Ben-Hurs buurman het rinkelen der ketenen klonk hem afschuwelijker dan ooit in de ooren.

Bets was spoedig weer in staat den heelen dag op de rustbank te liggen, in het eerst spelend met de geliefde katjes, en daarna bezig met naaiwerk voor haar poppen, waarmee ze droevig ten achteren was gekomen. Haar eens zoo vlugge leden waren zoo stijf en zwak geworden, dat Jo haar dagelijks in haar sterke armen door het huis droeg, om een luchtje te scheppen.