Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juni 2025
De jonge zaailingen worden in de vensterbank verder gekweekt, waar zij in den beginne tegen te felle zon moeten geschermd worden. In den zomer moet men ze rijkelijk begieten en des winters mogen zij niet zoo droog gehouden worden als de oudere planten, daar zij nog zeer teer zijn en gemakkelijk verschrompelen.
Het was, in den vroegen morgen, nu de zon nog zoo laag stond, nog frisch van overvloedigen dauw. Het geurde omrond naar menth en mariolein. Er gleden en glipten zwaluwen om, tegen de nog teêr zilveren blauwe lucht. Cecilianus lag met zijn hoofd tegen Carpoforus' borst. De knaap weende. Wat is er, mijn jongen? vroeg de jager. Ik ben ziek.... Neen, neen.... Ik zal sterven. Neen....
Ik zwerf in deze dagen gaarne alleen wet mijne gedachten; want er zijn gewaarwordingen en aandoeningen in onze ziel, zoo fijn als zeepbellen, die bersten, als men ze aan een ander zou willen teruggeven; er zijn snaren in ons gemoed, zoo teer als spinrag, die breken zouden, als men ze aanroerde.
De oude satire van cynische vrouwenverguizing krijgt er op eens een heel andere, verfijnde stemming door: in de Quinze joyes de mariage is de botte vrouwensmaad van voorheen getemperd door een toon van stille desillusie en gedruktheid, die er het navrante aan geeft van een moderne huwelijksnovelle: de gedachten zijn ijl, vluchtig uitgedrukt; de gesprekken zijn te teer voor de boosaardige bedoeling.
Vervolgens stond een tenger, droefgeestig meisje op, dat zich door de belangwekkende bleekheid onderscheidde, welke het gevolg is van pillen en indigestie, en droeg een gedicht voor, waarvan ik u twee coupletten zal mededeelen: Alabama, vaarwel! Och 'k min U zoo teer! Toch ga 'k voor een poos van U scheiden! Maar het denken aan U doet mij 't harte zoo zeer, Mijn ziel blijft bij U steeds verbeiden.
"Niet te hoog, Francis; het plantje onzer vriendschap is nog zoo teer en daarbij zoo kostbaar, dat het wel waard is met wat zorg gekweekt te worden, en als wij het eens eene verkeerde plooi laten nemen, zou het nooit gezond en krachtig kunnen opgroeien."
Ook had zij zoo veel kinderen over. Maar ik, ik had mijn hart op William gezet. Hij droeg den naam van zijn grootvader, mijn eigen braven William! Hij was altijd zoo eenvoudig, zoo lief, zoo teer, zoo aanhalig voor mij. Het was een lieve jongen! Wat doen wij hier zonder hem, Diaan?" Weder volgde een korte pauze. "Kegge is een goed mensch!" ging zij voort.
De tint harer huid was in een doorschijnend wit overgegaan, terwijl hare wangen met een licht blosje gekleurd waren, teer als de kleur van een jong rozeblad of het eerste gloren van het morgenrood. Nog voortdurend schitteren hare oogen zoo wonderbaar schoon en helder. Het komt mij altijd voor, dat die oogen meer aanschouwen, dan wat zich op de aarde en aan den hemel beweegt.
Ze boog haar teer kopje tegen de zachte vingers van de Vrouw, en voelde zich bijna gelukkig zoo. Toen ze dood was, lei de Vrouw haar weg, heel stil, dat niemand het zag... En héél stil, dat niemand het zag, ging ze soms naar het doode bloempje ... om het te zièn.... Dan was 't, of uit den dooden violen-geur, zacht-trillend de droeve klacht omhoog steeg: "Waarom?".... "Och, waarom?" ...
In de verte verheffen zich uit een violetten nevel de hooge bergen van de Terskeï-Ala-Taou, met hun grillige licht- en schaduwpartijen. Alle kleuren zijn zoo teêr en vaag, dat de afstand van hier tot het gebergte veel grooter lijkt dan werkelijk het geval is. Gedurende de eerstvolgende honderd werst blijft de streek woest en onbewoond.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek