Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juni 2025
"Goeie hemel! dat moet hij niet doen!" riep Abraham onwillekeurig; hij dacht er aan hoe moeilijk het nu al voor Steffensen was zijn werk te behouden. Als hij nu vandaag een onaangename toespraak hield en die zou natuurlijk onaangenaam worden dan maakte hij zichzelf heelemaal onmogelijk.
Steffensen was weg! Hij begreep alles: Grete had gehoord, dat hij de spaarpenningen van de arbeiders had weggenomen en toen was zij weggegaan. Zoo was 't gegaan. En daarmee was 't uit. De duisternis werd verdrongen door de schemering, 't werd lichter en lichter. De wind stak op tegen den morgen en ritselde in 't stroo op den grond.
't Was een van de oudste meesterknechts op de fabriek, en nu riepen verscheidenen: "Steffensen moet niet spreken," terwijl de beste arbeiders zich om Abraham schaarden.
Hij kan 't je vertellen. Vraag 't hem maar, Greta! dan kun je hooren wat er aan je vader mankeert." "Ik weet hier niets van, Steffensen! en ik kan eigenlijk niet gelooven, dat het mogelijk is," antwoordde Abraham. Hij zelf was bleek geworden en hij voelde zijn drift opkomen, omdat de directie, of zijn vader dit toch gedaan had zonder er hem over te raadplegen.
Dat de menschen hem konden wantrouwen in zijn verhouding met Greta Steffensen, had hij wel gedacht. Maar het ergerde hem, dat Mevrouw Gottwald daarop gezinspeeld had. En door deze nieuwe indrukken raakte wat hij van Steffensen had gehoord wat op den achtergrond.
Ik kan Steffensen niet uitstaan dat weet je; maar ik geloof, dat hij geschikt is om den winkel te besturen; en ik denk ook, dat jij dien uitweg wel goed zult vinden." "Natuurlijk! Ik zou heel blij zijn..."
Intusschen was Steffensen naar de keuken gegaan, waar hij zich gewoonlijk waschte, als hij van 't werk kwam; en terwijl hij in 't waschwater dook en proestte als een nijlpaard, riep hij hardop: "Een trekpot! wat zeg je een zilveren trekpot met suikerpot en melkkan! van alle... ho! ho!" hij dook weer met het gezicht onder water "van alle arbeiders op Fortuna; dat wordt buitengewoon plechtig wat zeg je?"
En er was iets in haar toon, dat hem trof. "Ik wil gaarne eens binnenkomen, als ik hier voorbijkom en uw manden zien; ik zal zeker wel manden noodig hebben voor mijn nieuwe huis." Hij richtte deze woorden vriendelijk tot haar en ging heen zonder verder op den ouden man te letten. "Vader, zeg u eens! wat is dat toch voor een soort mensch, die oude machinist Steffensen."
Ze ergerde zich ter wille van haar vader en was niet heelemaal tevreden over Abraham. "Er zijn toch, God bewaar me, geen arbeiders in de wereld, die zoo laf zijn als jelui," zei Steffensen tegen een ouden timmerman, die lid was geweest van 't comité, dat het zilver had aangeboden. "We hebben zoo weinig, waarmeê we ons verweren kunnen." "Bah! als we ons maar bij elkaar aansloten."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek