Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 4 oktober 2025


Vader is vrij!" herhaalden zijne kinderen, en zij huppelden hem achterna met kreten van blijdschap en zwaaiden jubelend hunne mutsen in de lucht. Des anderendaags in den morgen scheen het te Bolderhout kermis te zijn. De dorpelingen in hun zondagsgewaad wandelden opgeruimd over de markt en op den grooten steenweg.

Aan Oosterweel, verscholen tegen den dijk, volgden zij den steenweg door den Polder. Hier, onder den oneindigen hemelkoepel, was het rustig. Zij hoorden alleen het geloei der koebeesten in de weiden en het klimmend gezang der vogels over de groene, bedauwde vlakte. Sander onderbrak door geen onvertogen woord het zwijgen vol verlangende verwachting.

"Ja; zeg daar niets van aan uwen man; ik ga naar Hasselt om mijnen koffer te halen. Vaarwel tot morgen." Eenige oogenblikken daarna stapte Willem door de dreve, om de baan te bereiken, die over de heide naar den steenweg van Hasselt liep. Bij een schoon en zonnig weder stapten twee vrouwen over de heide. Zij waren voorafgegaan door een boer, die eene kleine reismaal op den schouder droeg.

Links van den steenweg, bij den sluitboom, staat een herbergje. Rechts van den steenweg, bij den sluitboom, staat een tweede herbergje. En, aan de overzijde van de spoorlijn, die den weg doorkruist staan, rechts en links, dichtbij den sluitboom, nog twee herbergjes. 't Is alles. Geen andere gebouwen in die eenzaamheid.

"Op eenen schoonen herfstdag van het jaer 1846, rolde de diligence van Antwerpen op Turnhout, volgens gewoonte, over den steenweg." Met dezelfde woorden gaat het verhaal voort, tusschen de meest idyllische beschrijvingen; een primitieve en, in vergelijking met moderne letterkunde, weinig verfijnde woordenschat: "Onderwyl stapte de reiziger voort.

Thijl, sprak Lamme, gaat ge mij, voor dat meisje, in mijne kar alleen laten? Gij antwoordt niet en denkt aan het woud, waar de Zeven niet zijn, en mijne vrouw evenmin. Help ze liever zoeken op dezen steenweg, waar de kar zoo gemakkelijk rijdt.

Eensklaps sprak Lamme: Ik heb aan Gillis Vanden Ende gevraagd of hij geene vrouw gezien had, die op de mijne geleek ik gaf hem zoo goed als ik kon de beschrijving van heur bekoorlijk gezicht en hij zei mij dat, bij Stevenijne, op den Brugschen steenweg, in den Regenboog, buiten de stad, alle avonden een groot getal vrouwen bijeenkomen. Ik trek er aanstonds naar toe.

De poort der stad Leuven, die op den Mechelschen steenweg uitziet, spuwde als het ware kanonnen, karren en wagens bij honderden; de voerlieden er van sloegen op de paarden met zweepen en sabels..... en alles rolde als een verwarde stroom over de baan naar Mechelen. Nevens mij stond een sergeant van mijn regiment, met name Lemaigre, die nu kapitein is.

Met een zware tong, stamelde Spelle hikkend en snikkend: Provoosten! provoosten! die hebben hier op Gods aarde goed leven; komaan, truwanten, die van mijn overschot leeft, ondersteunt mij toch een beetje! Maar, op den steenweg, van den kant van den kouter, hoorde men op eens het gebalk van een ezel en 't geklap eener zweep.

Langs den steenweg, in eenen grooten kelder, hoort men het klare vocht onverpoosd ruischen. Onze vriend wijst ons eenen grooten treuresch, die nu en dan schijnt te trillen onder den adem des winds. Denkt hij misschien aan de rijke en de arme lieden, die hij ziet voorbijslenteren? Aan den snellen loop der jaargetijden? Aan de vluchtigheid der aardsche genoegens? Naar den Muziekberg.

Woord Van De Dag

veerenbed

Anderen Op Zoek