United States or Djibouti ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het was goed dat het gedaan was, maar het had zóó niet moeten geschieden; en bovenal had Francis Mordaunt er zich buiten moeten houden, alsof er onder al die fijn beschaafde heeren en dames één was, die den zedelijken moed zou gehad hebben om eene valsche speelster in de kaart te zien, om niet te zeggen dat ik er de naaste toe was, die mijn armen grootvader zag misleiden, zag plunderen.... Maar wat doe ik die oude histories op te halen!

Tragisch is het conflict geworden tusschen den schrijver en de actrice bij de repetities: het begint met een verwijt per brief, dat zij door f 200. honorarium voor zichzelf, de speelster van Hanna's rol en den auteur te bedingen, Vorstenschool zal smoren.

Het gezang is voor den zanger en komt tot hem terug, Het onderwijs is voor den onderwijzer en komt tot hem terug, De moord is voor den moordenaar en komt tot hem terug, De diefstal is voor den dief en komt tot hem terug, De liefde is voor hem die liefde geeft en komt tot hem terug, De gift is voor den gever en komt tot hem terug het kan niet missen, De redevoering is voor den redenaar, het spel is voor den tooneelspeler en speelster niet voor het gehoor, En geen mensch verstaat grootheid en goedheid dan de zijne of die door de zijne wordt verklaard.

De freule Van Nagel scheen zeer tevreden over het spel, maar liet zich over de speelster volstrekt niet uit. Ik bewonderde onder de menigte van schoone vrouwen van middelbaren leeftijd eene die, met een allerbevalligst voorkomen en zeer innemende manieren, het voorwerp der algemeene belangstelling scheen te zijn.

Evenmin zijt gij 't alleen die weet wat het is slecht te zijn, Ook ik wist, wat het is slecht te zijn, Ook ik verwarde mij in den eeuwigen knoop van tegenstrijdigheid, Leuterde, gevoelde schaamte, berouw, wangunst, ik loog en stal, Was valsch, toornig, geil, had begeerten die ik zelfs niet durfde uitspreken, Was grillig, ijdel, gulzig, bekrompen, sluw, lafhartig, boosaardig, De wolf, de slang, het zwijn leefden in mij, De steelsche blik, het ijdele woord, de overspelige wensch leefde in mij, Weigering, haat, uitstel, laagheid, luiheid, dit alles ontbrak mij niet, Ik was een met de anderen, was een met het leven en de gebeurlijkheid van anderen, Ik werd bij mijn streelnaam toegeroepen door heldere, luide stemmen van jonge mannen als zij mij zagen naderen of voorbijgaan, Voelde hun arm om mijn nek als ik stond, of het achteloos leunen van hun lichaam tegen het mijne als ik zat, Zag velen die ik liefhad in de straten of op de veerbooten of in openbare bijeenkomsten en sprak hun toch met geen woord van die liefde, Leefde hetzelfde leven der anderen, hetzelfde oude, lachende, knagende, slapende leven, Speelde de rol die altijd den speler of de speelster zal blijven nastaren, Altijd dezelfde oude rol, de rol die is wat wij er van maken, zoo groot als wij wenschen, Of zoo klein als wij wenschen, of beiden groot en klein tegelijk.

Ze had naar de Kalif geluisterd met de oogen zoo strak op de stijve vingers der speelster gevestigd, alsof ze haar de kunst wilde afzien, en.... was zij beverig geworden toen bij het einde van het eerste couplet de stem van den zanger gevoelvol het vaderland een smeltend "Vaarwel" toezong, zij trilde zichtbaar toen in het tweede couplet die stem nog welluidender klonk, maar, toen nu ten laatste nogmaals die woorden: "Vaarwel, vaar eeuwig wel, Mijn dier-baar va-der-land!"