Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 oktober 2025


De inlanders waren merkwaardig vriendschappelijk geweest; en hoe konden wij weten dat het heele dorp twee jaren lang een collecte had gehouden om met de opbrengst het hoofd van een blanke te koopen. De schooiers zijn koppensnellers van den eerste tot den laatste, en ze stellen vooral veel prijs op het hoofd van een blanke. Wie het hoofd bemachtigde zou de heele collecte krijgen.

En aardig, ontroerend was het te zien, hoe die »schooiers" dan gaandeweg hun schuwheid aflegden, belangstellend naar alles keken en vroegen: hoe het kind zich in hen ontpopte, het vriendelijke kind. »Meester, die platen hebben wij ook op school." »Da's aardig." »Meester, mijn vriendje gaat hier. Kent u hem?" »Hoe heet hij dan?" »Piet."

Ze vloekten er wel bij, maar dat hinderde niet. Hoe harder ze je uitscholden, hoe meer je van ze gedaan kreeg. »Baas, magge we d'r in, hij hèt in 't water gelege." »Zoo, dondersche schooiers, het jelui weer met je mieter in 't water gelege. Wil je wel gauw opdondere." »Och baas, hij is zoo nat, en dan krijgt ie van zijn vader."

De opinie mijner ouders was trouwens ook zóó ongunstig niet en in ieder geval waardeerender voor déze school, dan voor de »stadsschool" op dezelfde Bloemgracht, maar een eind verder en aan de overzijde. Een »stadsschool" stond bij ons in den reuk van ruwheid, ongodsdienstigheid en vooral onfatsoenlijkheid. Daar werd niet gebeden, niet uit den Bijbel gelezen, en vooral, daar gingen de schooiers.

Toen spanden onze twee vrienden den haan en, de revolvers opheffende, richtten zij dien op den troep, terwijl Dries, zijne knots opheffend, een stap voorwaarts deed. Terug, donderde de kapitein, terug! schooiers, of bij Allah ik zal je doodschieten als honden.

Geen denker, die niet soms de schitterende deugden der lagere klassen bewonderd heeft. Ongetwijfeld dacht de H. Jeronimus aan dit kanalje, aan al deze arme lieden, aan al deze schooiers, aan al deze ellendigen, waaruit de apostelen en martelaars zijn ontstaan, toen hij deze geheimzinnige woorden sprak: Fex urbis, lex orbis.

Toen de ganzen over dat groote buiten vlogen in den vroegen morgen, was er nog geen mensch op. Toen ze daar zeker van waren, daalden ze tot dicht bij het hondenhok en riepen. "Wat is dat hier voor een klein hutje? Wat is dat hier voor een klein hutje?" Dadelijk kwam de hond uit het hok, woedend, razend, en schold ze uit. "Noem jelui dat een hutje? Jelui schooiers!

"O zoo! staat het zoo?" dacht de ganzerik. En nu begreep hij op eens, dat de wilde ganzen nooit van plan waren geweest hem meê te nemen naar Lapland. Zij hadden hem maar voor de grap van huis weggelokt. Het ergerde hem geducht, dat zijn krachten hem nu gingen begeven, zoodat hij die schooiers daar niet kon toonen, dat een tamme gans ook wel wat waard was.

Ze gingen als plechtige lieden ieder met een slaaf achter zich, die den inkoop droeg, schrijdend als gebieders tusschen veel geknecht, den sleutel van 't huis in de hand. Ze wiegelden pralend voort als komedianten doen kunnen, hun onverstoorbare wijsheid ging tusschen de scrofuleuze schooiers door, die uitweken om hun aalmoezen te rapen.

Een geflipflap van stemmen vleermuisvlerkte de donkertes laag uit.... late mannen.... schooiers misschien zonder thuis, die den avond door verpraten bleven onder de bogen van den bazar.... stak daar niet iemand het plein over.... een geschimmer gleed er.... hij zei: "Gisteren avond.... toen.... heb ik gewerkt."

Woord Van De Dag

slonsige

Anderen Op Zoek