Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 november 2025
Ik gewaagde daar van den "genialen zelfbeluisteraar, die waarheid sprak, als zijn artisticiteit hem daartoe drong." Zeker, ik bedoelde: als dit niet het geval is, dan.... Want het blijkt wel duidelijk, dat hij betreffende die drijfveeren, die hij niet als artist in zich-zelf ontdekt, maar die zoo zijn, dat hun aard voor zijn gewone menschelijkheid klaar open ligt, meestal de waarheid niet zegt. Een treffend voorbeeld daarvan is alles wat hij beweert omtrent het te-vondeling-brengen zijner drie laatste kinderen. Ook is er nog een groep daden, waarvan het twijfelachtig moet genoemd worden, of hun drijfveeren tot de laatstgenoemde soort behooren, of dat hij inderdaad de waarheid omtrent hen niet heeft gekend, omdat ook zijn artistiek-psychologisch vermogen erop is afgeketst. Van dezulken zegt hij dan soms, dat zij ontspringen uit zijn "délire inconcevable." Dat Mevr. Holst dit "délire" niet psychologisch doorlicht heeft, mag ongetwijfeld een ernstige leemte in haar werk worden geacht. Is zij ook daarvan instinktief en door haar verfraaiïngstendenzen geleid afgebleven? Ik waag het, die vraag bevestigend te beantwoorden. Want hebben wij nu [p.160] reeds gezien, dat die tendenzen in werking treden, zoodra er iets minderwaardigs in Rousseau valt te boekstaven en de Confessions-zelf hen niet krachteloos maakt, wij zullen allereerst bij het beschouwen der gebeurtenissen, voortspruitend uit, of in verband staande met het "délire," hun invloed op onze schrijfster als zoo sterk-beheerschend kunnen bewijzen, dat zij haar met een totaal gebrek aan psychologisch inzicht doen heenijlen in een paar onbeteekenende woorden over voorvallen, welke voor den objectieven psycholoog, die voortschrijdt, zonder de waarschuwende stompen van een hem bewakend en vervolgend dogma telkens in den rug te krijgen, van het hoogste belang zijn. Zoo geeft de ontzettende daad jegens het kamermeisje Marion, na den dood van Mad. de Vercelli hij was toen ongeveer 19 jaar Mevr. Holst slechts aanleiding te spreken van een "nietig voorval op zich-zelf." Wel, wel, als dat eens Voltaire, "die kleine, minne ziel, geel en uitgedroogd door afgunst", of Grimm, de "baron van het heilige Duitsche Rijk" gedaan hadde! Ge zegt: jawel, maar die zouden niet groot en edel genoeg zijn geweest om de daad te biechten. Maar ik antwoord: Rousseau evenmin, indien hij niet in het schrijven der "Confessions" het vormen van een verpletterend wapen tegen het "Complot" zou hebben gezien. Doch om de Confessions tot dat wapen te maken mocht hij dan ook geen feit, dat hem in een ongunstig daglicht stelde, weglaten. Want kwam dan zoo'n feit later voor den dag, waar toch altijd kans op is, dan ware de geheele Confessions waarde- en krachteloos. Aan de drijfveeren mocht hier en daar een beetje gemorreld en gewrongen worden, de feiten moesten verhaald worden. Dáár was niets aan te verhelpen! Wat voor gevolgen overigens dit "nietige voorval" waarschijnlijk gehad heeft en uiteraard moest hebben laat 't hem-zelf hier verhalen: [p.161] Je ne regarde pas même la misère et l'abandon comme le plus grand danger auquel je l'aie exposée. Qui sait,
Hierop ging hij enige treden achterwaarts, plaatste zich met de rug tegen een boom, stroopte de mouwen van zijn kolder tot aan de schouders op, en toog zijn blikkerend kruismes uit de schede. De ronde spieren van zijn blote armen waren gespannen, en zijn gelaat kreeg iets in zich dat de leeuwen eigen is. "Wee degene die mij raakt!" riep hij met kracht.
Volgens de verzekering van den Prins Von Wied wordt het Virginische Hert dikwijls aanmerkelijk grooter dan ons Damhert en staat niet ver achter bij het Edelhert. De kleur wisselt af overeenkomstig de jaargetijden. In het zomerkleed is een fraai, gelijkmatig geelrood, dat op den rug donkerder, naar de zijden lichter wordt, de heerschende kleur; de buik en de binnenzijde van de pooten zijn bleeker.
Nooit nog had Erec een lieftalliger verschijning gezien dan die van dit jonge meisje. Haar gelaat was frisch en bloeiend als eene roos, haar blonde haren hingen haar in twee vlechten op den rug en het eenvoudige, grijze kleedje, dat zij droeg, deed de slanke lijnen harer gestalte voordeeliger uitkomen, dan het fraaiste staatsiekleed zou kunnen doen.
Hij stak het bewijsstuk in zijn zak, waarna hij het hek opende, den man met zijn last op den rug liet uitgaan, het hek weder sloot en zich uit de voeten maakte, daar hij volstrekt geen lust had verder in het avontuur gemengd te worden, en vooral er niet bij tegenwoordig wilde zijn, wanneer de moordenaar den vermoorde in het water wierp. Gij begrijpt dit licht?
Van daar uit ging de weg verder langs den berg onder den Grantgletscher, die zich nog sterker dan de overige op den rug van dezen uitlooper schijnt te hebben teruggetrokken; daarna stegen we erlangs in de richting van den Cavallipas verder.
Andere drukke winkelstraten zijn die van San Rafael, Neptuno en Galiano; doch de magazijnen van den groothandel liggen aan de Ricla-straat, waar de dichte huizen en de afwezigheid van drukte een groot contrast vormen met het levendig verkeer in de hoofdstraten, waar veel buiten wordt uitgestald, en bovendien allerlei kooplieden u op karretjes hun waar aanbieden, of een halven bazar op den rug mededragen.
En gekleed alsof er een kou van dertig graden heerschte reed hij naar de kerk. Hij meende, dat het knarsen onder de slee van de scherpe kou kwam. Hij meende dat 't witte schuim op den rug van 't paard rijp was. Hij voelde geen warmte. Van hem ging kou uit, zooals warmte uitstraalt van de zon. Hij reed over de groote vlakte ten noorden van Bro.
Ik was zoo verontwaardigd over de behandeling, die men my te Paramaribo had aangedaan, en over myne Americaansche matroozen zoo te vreden, dat ik hun twaalf gebraden eendvogels voor een middagmaal liet toedienen; ik gaf hun daarenboven een guinie, en zes-en-dertig flessen goeden rooden wyn, die mynen geheelen voorraad uitmaakten; zy keerden met het vallend water te rug, en verlieten my zoo wel te vreden en zoo dronken, als maar mogelyk was.
De eerste dier bewegingen deed hem in een klein kamertje zien, waarin een fraaie, rijzige vrouw, reeds geheel gekleed, bezig was met eenig goed te pakken; zij bleef echter met den rug naar hem toegekeerd, zoodat hij haar gelaat niet onderscheiden kon.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek