Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 22 juni 2025
Aan de rivier en de havens sist de stoom, knarst en rommelt en giert het door de rustelooze lieren, die hun verplaatsingsarbeid onophoudelijk zonder symptoom van moeheid voortzetten tot laat in den nacht." Aldus schetst Herman Robbers de drukte van Rotterdam. "Business", dat is het wachtwoord van den Rotterdammer, "time is money", dat is zijn lijfspreuk.
't Gromt, rommelt en dondert nog onophoudelijk, dan in de verte, dan van nabij, maar toch trekt het onweer over, het wordt iets lichter en de stortbui maakt plaats voor een zachten, milden regen.
Het koeltje, dat door het dicht gebladerte der bosschages suist, zingt met de zoete stem der duive, of bootst den orgeltoon der nachtegalen na. Dat de regen u besproeie, o Ispahan; dat de dauw des hemels u verfrissche boven alle andere steden, terwijl de donder in de verte rommelt, en de blauwe bliksemstralen de zwarte wolken klieven!
"Verwenschte nar!" riep de zwijnenhoeder uit, "hoe durft gij van dergelijke dingen spreken, terwijl een verschrikkelijk onweder in de nabijheid woedt? Hoor, hoe de donder rommelt! En nooit zag ik in den zomer den regen in zulke dikke, zware druppelen uit de wolken vallen. De eiken kraken ook, niettegenstaande de windstilte, met hun groote takken, alsof zij een storm verkondigden.
't Regent nog buiten, maar zachtjes en afgebroken, want het onweer is voorbij en slechts enkele wolken, die door het uitspansel trekken, ontlasten zich over de aarde. Heel in de verte rommelt het nog dof en in het zuiden flikkert enkele oogenblikken het weerlicht. Dorus zit nog altijd op de onderste trede der trap, met het hoofd voorovergebogen. Hij schreit. Arme knaap!
't Suist in de lucht, enkele dikke druppels beginnen te vallen; 't wordt een oogenblik nog drukkender, nog benauwder en donkerder; weer rommelt het onheilspellend in het zwerk. Daar schittert op eens een felle bliksemstraal. De enkele boer, die nog op den weg is, ziet angstig omhoog en telt zachtkens "een, twee, drie, vier," tot zestien, dan ratelt de slag. "'t Is nog veraf!"
"Kom dan vanavond even langs." "Wil ik niet even gaan wisselen an de overzij?" "Nee jongen... 'k moet toch dadelijk zelf de deur uit." "Best meneer." Tegen den avond. Er wordt gebeld. "Meneer, hier ben ik." "Wat is er?" "U hebt vanmorgen gezegd..." "O, ja... wacht even." Falkland rommelt in zijn portemonnaie en vindt twee kwartjes. "Hier jongen, heb je twee kwartjes." "'t Is 'n gulden meneer."
In een kring, als dansten zij een heksendans, vliegen enkele afgevallen bladeren en verdorde grasscheuten op den straatweg rond. De wind vaart spookachtig door de kruinen der boomen en gaat dan weer liggen, als loerde hij op een geschikt oogenblik om zijn prooi, de aarde, te bespringen. 't Is zonderling geheimzinnig stil. In het noordoosten hangt de bui, 't rommelt in de verte.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek