Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 mei 2025
Trotsche Maas, wier kabb'lend nat Ook mijn dierbre vaderstad, Uit uw volle kruik komt laven, En haar strekken doet ten haven Voor kasteelen, rijk aan pracht En met keur van schat bevracht Van de rijke morgenlanden, Van de kille nachtschâuwstranden". zooals Van der Hoop zegt van de Maas, die hij liefhad, zooals elke Rotterdammer. En terecht!
Zaaijer, heeft mij herhaaldelijk heerlijk verdedigd, ook tegen aandeelhouders, en daardoor heb ik iets in het publiek kunnen doen voor de moderne kunst. Dat is een groote satisfactie voor me geweest. Nadat ik er een poos mee bezig was, is het "Handelsblad" ook begonnen. Maar toen ik aan de "Rotterdammer" kwam, was er geen sprake van, dat Boissevain dat zou gedoogen.
Zachtzinnig en vergevingsgezind denkt ze er aan, hoe zij ook langs den rand van den afgrond is gegaan. Dora is een "ongehuwde moeder". Zij is op kantoor in Rotterdam, haar baas kent haar geschiedenis en veracht haar niet, integendeel. Wat iets heel bizonders is voor een Rotterdammer. En ik denk dat om dezen éénen man deze wanstaltige stad mogelijk nog gespaard zal blijven op den grooten dag.
In dit opzigt heeft er in zijn brein, sedert hij het klooster verliet, eene volstrekte omwenteling plaats gegrepen; en wij kunnen ons voorstellen dat menig vroom katholiek zijner dagen, over zoovele stoute spotternijen als hij zich veroorloofde, bedenkelijk het hoofd heeft geschud. Wat wilde deze Rotterdammer?
Het Handelsblad vroeg zich met zekere ongerustheid af, of het niet een nieuwe periode van de staatkundige geschiedenis van Nederland was, die begon; en de Nieuwe Rotterdammer Courant voegde er, zonder de waardij van deze eerste handeling van de ministerieele politiek te loochenen, met een sceptischen inval aan toe: »Het zijn niet de woorden, die van belang zijn, maar de daden!«
Van het wandelen in den trant der Hagenaars en Arnhemmers heeft de volbloed Rotterdammer een ongeveinsden afkeer; op een gewonen weekdag staat dat voor hem gelijk met tijd verkwistend nietsdoen, een dwaas en doelloos rondloopen zonder geldverdienen.
Door Erasmus werden de misbruiken in de kerk aangetast. En Erasmus stond in zijn ergernis over de verfoeielijke misbruiken niet alleen. Vele weldenkenden waren het met onzen Rotterdammer eens, dat de door hem gehekelde vergrijpen tegen 't gezond verstand en den reinen godsdienstzin ten volle verdienden belachelijk gemaakt te worden. Die naar Jeruzalem geweest zijn, heeten Gulden Ridders.
Van een Rotterdammer, den heer G. W. Kriesz, die een reis om de wereld maakt met zijn vriend, den Skandinaviër Erik Welen, heeft het Museum voor land- en volkenkunde te Rotterdam eenige halssierraden ten geschenke gekregen, die uit vruchtenpitjes vervaardigd zijn en gestuurd zijn uit Honoloeloe.
Dit scepticisme is het beste bewijs dat men ten onregte Sebastiaan Brand's Narrenschiff, welks oudste druk tot 1494 teruggaat, als een voorlooper van Erasmus' Lof der Dwaasheid pleegt aan te duiden. Brand's boetpredikers-bedoeling echter is Erasmus vreemd; en bij den Rotterdammer vormt de ééne, door den Straatsburger onveranderlijk berispte dwaasheid, slechts een incident.
Verder vindt men in het koor der kerk, aan de noordzijde van het vorstelijk Praalgraf, een eenvoudig, doch sierlijk monument ter eere van den grooten staatsman, geleerde en dichter Hugo De Groot, het "Delftsche orakel", van wien Brandt roemde: "O Delf, benij geen Maes den grooten Rotterdammer, De Groot is ruim soo groot.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek