United States or Tajikistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Maar je weet nog niet alles!... As je 't niet houdt, mag je 't nog effetjes hebbe ... Kijk nou 's goed: op dat zilvere bandje om de steel, daar heb 'k op logement jou naam in late graveere ... Is dat voor 'n boef soms niet edel bedacht?... En zooas je me nou ziet, zie je me over vijf en twintig jaar nòg ..." Je bent 'n rare kerel, Racier. Maar wat kom je nou eigenlijk doen?"

Want als ie dan in m'n ontstelde gezicht keek, lachte hij zoo witjes zelfgenoegzaam, en 'n tikje triomfantelijk zei ie: "Ja, waarde gastheer, me voici: Charles Edouard Racier lui même!" Daar strekte hij, als 'n goochelaar, z'n beide groezelbleeke handen ruggelings uit, zoo of ie vragen wilde: hoe stiekem heb 'k 'm dat nou weer gelapt, ?

En eindelijk voor dat hooge hof, eischte die zwartrok van 'n procureur-generaal, waar 'k bij laat vloeie dat 't geen kat is om zonder handschoene an te pakke en die de grooste hekel het an recidiviste : bevestiging van de straf voor Racier en zijn staf.

Dus stelde ik Racier voor om wat op te kuieren en zoo argeloos mogelijk leidde ik hem toen de eerste de beste dwarsstraat mee in, waar hij mij weldra in een gezelligen schaftkelder de eer van een hartig maal wilde aandoen. Want de kerel zag er schrikkelijk verhongerd uit.

"Zeg, Racier" kwam even 't hoofd van den schilder om den ezel "je spreekt nou ineens net zoo plechtig als 'n feuilleton uit 't Rotterdammertje!" "Ja, fullitons, die heb ik in alle tale geschreve ..." "O zoo, pardon dan, cher maître." "A votre service.

En dan komt altijd die directeur medeen erg vrindelijk na mijn toe, en zeit: "Zoo Racier, ben je daar weer?" Waarop die briggedier 't bewijs van zijn gevangene overlevert. "Affijn, in De Haag wier toe' die heele zaak weer uitgeploze, maar alles veel minder mooi en vertierig, en met maar veertien getuige erbij.

"Nou, die educan bracht mijn de bewuste envelop en antwoordde mijn onder vier ooge privé: "Racier, 'k ben machtig in 't lef, maar d

Want ik, as Racier zijnde, dacht: die geestelijke het zich bepaald 'n deurtje vergist ... Ja, die valsche naam pseudeniem! was me ommers gladweg ontschote .... Maar toe hebbe me same as verstandige mensche ordentelijk gepraat, en hij heeft mijn niet voor de roomsche relizie, en ik hèm niet voor 't atheïsme bekeerd.

Nu ben ik uit den aard van mijn connecties niet wat men noemt "groosch". Maar, eerlijk gezegd, vond ik Racier, zooals die er nu uitzag, toch wel 'n èrg opzichtigen schooier voor een vertrouwelijk gesprek, staande in de pantoffelparade midden op de Leidschestraat.

Mijn vriend Racier deelt zijn bestaan trouw voort tusschen de rust in de bajes en dan weer 't vervolg van zijn oplichterijtjes, zoo simpel in wezen van naïef bedrog, maar voor zijn eigen gloeiende fantasie zóó rijk aan Balzac-iaansche romantiek en intriges, waar hij zelf immers den wèl vaak belaagden, doch steeds overwinnenden held in speelt.