Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 7 juli 2025


Kom ik terug, dan is mijn verder leven voor immer u gewijd; zoo niet, weet dan dat ik heb opgehouden voor u te bestaan, en dat gij vrij zijt en van alle vroegere banden ontslagen. En nu, geen tegenwerpingen meer! Heb geduld met mij, gelijk gij tot dusver het steeds hebt betoond!...

Cambyzes lachte en riep, zijn broeder in de rede vallende: »Het is als hadt gij opgehouden een Pers te zijn; als waart gij geheel een Egyptenaar geworden. Voorwaar, het berouwt mij reeds, dat ik een knaap als gij zijt in den vreemde heb gezonden! Maar ik ben niet gewoon mij te laten weerstreven, en na afloop van dezen krijg neem ik dus geene verontschuldigingen aan.

Laten mijne tranen u verbidden, heb deernis met menschen, die, ondanks verwijdering en tegenspoed, geenen enkelen dag opgehouden hebben met dankbaarheid aan u en aan uwe ouders te denken!" Zij viel geknield te midden der kamer neder en stak de handen bevend tot den jongeling op.

De kleine troep had zich tegen vier uur 's avonds een oogenblik op een open plek in het bosch opgehouden, toen drie of vier ontzaglijk groote beesten uit een kreupelbosch op een honderd schreden van hen af te voorschijn kwamen en oogenblikkelijk met verwonderlijke snelheid op de vlucht gingen.

Het begon donker te worden, de sneeuw, die een oogenblik had opgehouden, begon weder te vallen. Marius verschool zich om den hoek der straat Petit-Banquier, die eenzaam als altijd was, en volgde Jondrette niet.

"Dat komt in orde, zoodra 't maar wat lichter wordt," antwoordde Mesty. "De regen heeft al opgehouden," zei Rustig. "Als we die lantaren eens uit het kompashuisje namen en rondlichten?" Dit geschiedde en weldra vonden ze tusschen twee van de kanonnen een hoop onder eenige dekens liggen. "Daar heb je de wacht," fluisterde Mesty; "geduld even we zijn noch niet klaar."

Op een stoel, een klein eind van de tafel, zat een jongeling van zestien of zeventien jaren te spelen. Hij had plotseling opgehouden, toen hij aller oogen zich naar de deur zag wenden. Toen hij opstond, had Kolb hem in zijne armen gedrukt en hem omhelsd. Vriend, zeide hij, ik ben de gelukkige, wiens werk door uwe hand zoo meesterlijk is teruggegeven!

U moet niet denken dat Thomas en ik het ook zoo over den balk gooien. Is hij soms niet thuis? MEVR. STOCKMANN. Neen, hij is nog een eindje omgegaan na het eten ... hij en de jongens. BURGEM. STOCKMANN. Of dat nu wel gezond is? Daar komt hij geloof ik. Binnen! MEVR. STOCKMANN. O, is u dat, mijnheer Hovstad...? HOVSTAD. Ja, ik maak u mijn excuses; maar ik werd opgehouden in de drukkerij.

Ik herinner mij nog levendig hoe prettig ik het vond, dat juist de vrede tusschen Frankrijk en Duitschland geteekend was, niet zoozeer omdat daardoor aan een bloedigen oorlog een einde was gemaakt en het bloedvergieten was opgehouden, als wel omdat ik nu Elzas en Lotharingen niet behoefde uit te teekenen daar die beide provinciën bij het sluiten van den vrede aan Duitschland waren afgestaan.

Dat drukke handelsverkeer is opgehouden, maar toch heeft er nog een geregelde betrekking tusschen beide steden plaats en in den zomer bezoekt menig Middelburger Vlissingen, om daar de zeelucht te genieten. Oost- en West-Souburg, vriendelijke dorpen met flink geboomte aan de straat, leveren weinig anders merkwaardigs op dan het monument op het graf van Philips van Marnix, Heer van St.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek