Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 mei 2025
»Dat is 't ook niet, goeie vriend,« gaf de heer Brownlow toe, »maar de zaak, die ik met den gevangene heb te bespreken, staat met dezen jongen in het nauwste verband, en daar het kind hem gezien heeft midden in zijn geluk en zijn schurkerij, oordeel ik het goed al kost het wat pijn en angst dat hij hem nu ook ziet.« Deze woorden werden ter zijde gesproken, zoodat Oliver ze niet kon hooren.
't Is zeker tijd, dat er een of ander ongeluk over me komt, maar ik hoop, dat het dit niet is.« »Wat?« vroeg Oliver. »De vreeselijke slag,« zei de oude dame, »dat ik het lieve meisje zou moeten verliezen, dat zoo lang mijn geluk en mijn troost is geweest.« »O! dat verhoede God,« riep Oliver haastig. »Amen! kindlief!« zei de oude dame handenwringend.
De oude heer sprak deze woorden met zachte stem, meer tot zichzelf dan tot den jongen, en bleef daarna een oogenblik zwijgen. Oliver zat doodstil. »Kom,« zei de oude heer eindelijk op vroolijker toon, »ik zeg dit alleen maar omdat je een jong hartje hebt; als je weet, dat ik veel verdriet en leed heb gehad, zul je misschien meer oppassen, me niet opnieuw pijn te doen.
Terwijl De Vriendt en de Spanjaard zich weer versterken voor het volgende rondje, de een door wat kaviaar te verslinden en de ander door met gezouten vischlever zijn maag te prikkelen, is het oogenblik om te handelen voor Oliver eindelijk gekomen.
»Ik kon niet meer slapen, meneer,« antwoordde Oliver bedeesd. »'t Spijt me erg, dat ik u boos heb gemaakt, meneer.« »Je was 'n uur geleden toch nog niet wakker?« vroeg de Jood met een woesten blik naar den jongen. »Nee! nee! heusch niet!« antwoordde Oliver. »Is 't wel waar?« schreeuwde de Jood in dreigende houding en met nog woedender blik dan te voren.
Deze zegt dan ook scherp: "Als juffrouw Bodé Volckers niet genegen is, mij het genoegen van gisteravond nog eens te doen smaken, zal ik naar haar vaders winkel gaan en zien, of daar vandaag ook koopjes zijn te doen in Lyonsche zijde en fluweel en Venetiaansche kant." "Dat zou ik denken!" merkt Oliver op. "Buitengewone koopjes!
Oliver maakte een buiging, die verdeeld was tusschen den bode op den stoel en den steek op tafel. »Wil je met me meegaan, Oliver?« vroeg meneer Bumble met indrukwekkende stem.
Heel den langen dag, en uren nadat het donker was geworden, liep Oliver langzaam op en neer in den tuin; ieder oogenblik keek hij op naar de ziekenkamer en schrikte terug als hij het omfloerste raam zag, dat er uitzag, alsof de dood daarachter huisde.
Doch al was Oliver de mindere in dit opzicht, hij wist waar de beste bloemen te vinden waren en den éénen ochtend na den andere zwierven zij samen door den omtrek en brachten de mooiste bloemen, die bloeiden.
Bumble. »De goede, vriendelijke heeren, die zoo goed als vader en moeder voor je zijn, nu je ze zelf niet hebt, gaan je in de leer doen; ze geven je een plaats in de maatschappij en maken een man van je, ofschoon het de gemeente drie pond en tien shillings kost drie pond tien Oliver zeventig shillings één honderd en veertig sixpences! en dat allemaal voor een rakkert van een weesjongen, waar niemand van houden kan.«
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek