Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juni 2025
Alles ging zoo vlug en haastig, dat hij nauwelijks tijd had, te bedenken waar hij was of hoe hij hier kwam, toen het rijtuig stilhield vóór het huis, waarheen de Jood den vorigen avond zijn schreden gericht had. Eén kort oogenblik wierp Oliver een haastige blik langs de verlaten straat en een kreet om hulp brandde hem op de lippen.
Toen ze klaar waren met eten men begrijpt, dat Oliver niet veel eetlust had dronk Mr. Sikes een paar glazen brandewijn met water en liet zich op bed vallen; met veel bedreigingen, ingeval zij zich verlaatte, gaf hij Nancy last, hem precies om vijf uur te roepen.
Bumble op indrukwekkenden, hoogdravenden toon. »Je gaat een leerjongen worden, Oliver.« »Een leerjongen, meneer?« vroeg het kind bevend. »Ja, Oliver,« zeide Mr.
Kortom Fagin,« zeide hij, »al ben je een Jood, je hebt nog nooit iemand zulke valstrikken gelegd als ik 't mijn broertje Oliver zal doen.« »Zijn broertje!« riep Rose uit. »Dat waren zijn woorden,« zei Nancy en keek onrustig om zich heen, zooals zij voortdurend gedaan had, sinds zij begon te spreken, want ze zag in verbeelding steeds Sikes achter haar staan. »En nog meer.
»Op weg naar Londen?« vroeg de vreemde jongen, toen Oliver eindelijk klaar was. »Ja.« »Ben je daar thuis?« »Nee.« »Geld?« »Nee.« De vreemde jongen floot en stopte zijn armen zoo ver in zijn zakken als de wijde jasmouwen toelieten. »Woon jij in Londen?« vroeg Oliver. »Ja. Als ik thuis ben,« antwoordde de jongen. »Je moet vannacht zeker een slaapplaats hebben, niet?«
De Hollandsche bevelhebber bukt zich, om het te onderzoeken en mompelt plotseling tot Guy: "Er is een plakkaat aan het hoofd bevestigd. Kapitein Oliver van Bergen." "Groote God!" en ontzet kijkt Guy nog eens, en nu voor het laatst, in het gelaat van zijn dooden vriend. "Wist gij dat hij dood was?" vraagt Ripperda.
Terwijl Oliver naar de woorden van den Jood luisterde en vaag begreep, welke donkere bedreigingen zij inhielden, kreeg hij een gevoel of het bloed hem in de aderen stolde.
»Hm,« zei de Jood, terwijl hij ze nauwkeurig bekeek, »'t zijn beste heele beste. Maar je hebt ze niet goed gemerkt, Charley, dus die merken halen we er uit met een naald. We zullen Oliver leeren hoe hij dat doen moet. Nietwaar Oliver? Ha! ha! ha!« »Asjeblieft meneer,« zei Oliver. »Jij zou ook wel zoo vlug als Charley Bates zakdoeken willen maken, is 't niet, beste jongen?« vroeg de Jood.
Brownlow, toen hij opmerkte hoe nieuwsgierig Oliver naar de planken keek, die van den vloer tot den zolder reikten. »Ja mijnheer,« zei Oliver. »Ik heb er nooit zooveel gezien.«
»Lieve jongen,« zei de oude heer, ontroerd door de warmte, waarmee Oliver plotseling zijn medelijden inriep, »je hoeft niet bang te zijn, dat ik je in den steek zal laten, wanneer je er mij geen reden toe geeft.« »Dat zal ik nooit, nooit doen, mijnheer!« viel Oliver in. »Ik hoop 't niet,« voegde de oude heer er bij. »Ik denk ook niet, dat je 't doen zult.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek