Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juli 2025


Hierover dachten toen zoowel Piero, die scheidsrechter was als Neri, die om het avondmaal had gewed en ieder ander en nadat zij de geestige redeneering van Scalza hadden gehoord, begonnen allen te lachen en te bevestigen, dat Scalza gelijk had en dat hij het avondmaal gewonnen had en dat voorzeker de Baronci de edelste en de oudste familie waren niet slechts van Florence, maar van de wereld en van de Maremma.

Daardoor wilde een ridder, messer Neri degli Uberti , met al zijn bedienden en veel geld gevlucht uit de stad, nergens anders terugkomen dan onder de bescherming van koning Karel. Om op een eenzame plaats te leven en zijn dagen in rust te eindigen ging hij naar Castello da Mare di Distabia.

Een van hen, Neri Mannini sprak: Ik ben bereid om dit avondmaal te wedden en nadat zij het er over eens waren geworden tot rechter Piero di Fiorentino te nemen, in wiens huis zij woonden, gingen zij naar hem toe en al de anderen om Scalza te zien verliezen en hem te plagen en vertelden alles, wat door hem gezegd was.

Ten aanzien dezer oefening bestaat slechts eenige gelijkheid tusschen de vrouwen van het H. Sacrament en de bernardijner van Martin Verga, evenzeer als er gelijkenis bestond in de bespiegeling en verheerlijking van al de geheimnissen betreffende de kindsheid, het leven en sterven van Jezus Christus, en de H. Maagd, tusschen twee zeer verschillende en soms vijandige orden: de Italiaansche Oratorianen, door Philippus van Neri te Florence, en de Fransche Oratorianen, door Pierre de Bérulle te Parijs gesticht.

"Indien het mij geoorloofd is, dit te zeggen," merkt 's Prinsen Hofmeester, Signor Filippo de Neri, aan, die, met de overige heeren de brug opgekomen zijnde, de uitboezeming van den Prins gehoord heeft: "dan zou ik willen doen opmerken, dat Amsterdam geene mozaïsten bezit, gelijk Florence die bij menigte telt."

Bezien wij nu even de Opera del Duomo, afgescheiden van die historische herinnering. De aanblik van de benedenverdieping is niet uitlokkend; er heerscht een volkomen en toch volstrekt niet schilderachtige wanorde; de kleedkamer der kanunniken grenst aan de Scuola di musica en aan het Magazzino della cera (kaarsenmagazijn); een en ander bedorven door restauraties, die getuigenis afleggen van een bij uitnemendheid slechten smaak. Maar wij willen hierbij niet stilstaan. Grassi, de schrijver der Descrizione storica ed. artistica di Pisa, in 1836-37 uitgegeven, spreekt met veel ophef van de schilderijen in het gebouw: het gewelf van de benedenverdieping, beschilderd door G. Stefano Maruscelli; het portret van een heilige, door Salvator Rosa; eene Madonna, van Perino del Vaga; een Sint-Nicolaas van Bari, door Curradi; twee Apostelen, van Sogliano; een Sint-Antonius van Padua en een Sint-Philippus Neri, van Piero da Cortona; en wat al niet meer! Bij al deze min of meer banale, in meerdere of mindere mate gerestaureerde schilderijen zullen wij ons niet ophouden, evenmin als bij de Madonna's en de Christusbeelden uit de middeneeuwen, die in de vertrekken van de eerste verdieping zijn ten toon gesteld; genoegzaam allen missen dat onuitsprekelijke, dien vonk van het genie, die alleen dergelijke voorwerpen van devotie tot kunstwerken stempelt. Daarentegen veroorloof ik mij de aandacht der eventueele bezoekers te vestigen op enkele fragmenten, waarvan de reisgidsen geene melding maken, en wel in de eerste plaats op eene fresko, voorstellende een jong meisje in een blauw kleed, met eene korf vol vruchten op het hoofd: eene schilderij vol aantrekkelijkheid en waarin ik de hand van Benozzo Gozzoli meen te herkennen. Van waar is dit fragment afkomstig en wanneer is het hierheen gebracht? Men zegt mij, dat dit brokstuk omstreeks vijftien jaar geleden uit de Stanza della Fraternit

Na eenig nadenken wendde hij zich tot Neri en vroeg hem, wie de twee jonge dames waren, die antwoordde: Mijnheer, dat zijn mijn dochters, beide op denzelfden dag geboren, waarvan de eene Ginevra, de Schoone, en de andere Isotta, de Blonde, heet. De koning prees ze zeer en spoorde hem aan ze uit te huwen, waarover Neri, omdat hij dit niet kon, zich verontschuldigde.

Hij greep andere voorwendsels aan om met messer Neri een innige vriendschap te sluiten en bezocht zeer vaak in den tuin de schoone Ginevra.

Die sprongen op tafel, waarin de koning wonder veel genoegen had en terwijl hij er op zijn beurt van ving, wierp hij ze hoffelijk naar hen terug en zoo schertsten zij eenigen tijd, tot de knecht de zijnen gebakken had en die eer als een toespijs dan als een duur of keurig gerecht, gelijk messer Neri beval, den koning werden voorgezet.

"Het is gelukkig," zegt hij vervolgens, zich tot Filippo de Neri wendende, "dat gij met den Heer Benzi geene weddenschap hebt aangegaan over het al of niet bestaan van mozaïsten te Amsterdam: gij ziet nu, dat ook in dezen opzichte, Amsterdam niets aan Florence te benijden heeft."

Woord Van De Dag

staande

Anderen Op Zoek