Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 juli 2025


Daar heb je nu, byv. die man hier achter ons op de gracht ... hoe heet-i ook, Sertrude? Trui noemde een naam. Neen, dien meen ik niet. Ik bedoel ... och, 't is 'n naam die ... hy heet ... help me toch, Trui? In de Lange-Niesel woont 'n man die byna ook zoo heet, maar toch anders, heelemaal anders.... De naam doet er niks toe, zei juffrouw Laps.

"Zoo!" zeide Haarbaard. "Maar ik zal je eens wat zeggen; bij Sippia, je vrouw, zit een man op bezoek. Wanneer je misschien met hem zoudt wenschen te vechten, je kunt er je krachten aan meten." Toen zeide Thonarr: "Alles wat voor je mond komt meen je te moeten zeggen, als je mij maar krenken kunt. Maar nu weet ik, dat je liegt!"

Bloeme, 36-40, 725 vlgg. Over LOD. VAN VAELBEKE vgl. Lied in de Midd., bl. 587; maar vooral: VANDER STRAETEN'S Les Ménestrels aux Pays-Bas, p. 88 suivv. OTTE VAN ORLEIEN, Vad. Mus., II, 394; de hand van een geestelijke of clerck meen ik te zien in Couchi, II, 1628 vlgg., 1746-'7, 2171 vlgg.; de bedoelde wapendichten in Belg.

Een dergelijk gevoel heeft, naar ik meen, ook de verhouding tusschen Byron en Shelley beheerscht. Wie anders dan òf een heel groot, "objectief-indringend menschenschepper, die Mevr.

Dezen regel bleven kapitein Hod en zijn getrouwe Fox niet in gebreke op zichzelven toe te passen en hun vuurhaard, ik meen hun maag, die een groote verwarmingsoppervlakte aanbood, was steeds voorzien van de stikstofrijke brandstof, onmisbaar om de menschelijke machine goed en lang te laten loopen. Dezen keer moest de halt langer duren.

Ik hoop dat een nar, ik meen, ziet gij, mijn heeren, een nar, die van het gild is, en zijn handwerk verstaat, en die een beker wijn even smakelijk en aangenaam kan maken als een stuk spek; ik zeg, broeders, zoolang ik een mis kan lezen en een strijdbijl voeren, zal zulk een nar nooit gebrek hebben aan een wijzen geestelijke, om in geval van nood voor hem te bidden of te vechten."

Vooral bij huwelijken weet ze precies, hoe het komen zal; zoo heeft ze b.v., vooruit gezegd, dat Schapowkaija met Brenteln zou trouwen; niemand wilde het gelooven en toch heeft zij gelijk gehad; en ze is geheel op je hand!" "Hoe meen je dat?" "Ja, zie je! ze houdt niet alleen van je, maar ze zegt heel bepaald, dat Kitty je vrouw zal worden."

Ik ken het onderwerp, dat ik u voor heb geschreven niet minder goed dan gij en wat gij mij wilt aantoonen, kan mij er niet van af brengen, want ik meen, dat nu de tijd zoo is, dat de menschen er op uit zijn oneerbaar te handelen, elk verhaal geoorloofd is.

Er bestaat misschien meer reden hier aan het werk van een ander te denken dan aan een zelf-parodieerend sarcasme, waarvan in de middeleeuwsche literatuur, naar ik meen, tenauwernood een ander voorbeeld te vinden is .

Woord Van De Dag

dompelende

Anderen Op Zoek