Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


"Dienzelfden avond," vervolgde Marie eindelijk, "dat Lisette gestorven was, liep ik in den tuin, juist toen in het dorp de doodsklok voor haar luidde; want ik had nergens rust noch duur; en terwijl ik daar zoo stond, flikkerde op eens een licht in den toren.

Marie, help mij toch!" riep Lisette, "ik moet het weer hebben; het is het mijne immers neen, het zijne, ik heb het hem immers gegeven." Ik naderde, stijf van schrik. "Geef dat ding hier, Francis," zeide ik. "Zeg, hebt gij het gevonden?" "Wat meent gij wel?" riep zij, en schudde Liesjes hand af, die zwaar op haar schouder lag; "het verwondert mij, dat gij niet zegt, dat ik het gestolen heb.

Neen die was er bijna niet meer. Zij gehoorzaamde haar vader immers zoo gewillig, toen deze zeide: Gij wordt ongelukkig zie van hem af! Maar hij kon het haar niet euvel duiden; haar vader zal wel gezegd hebben: hij bemint u niet; hij wil alleen uw geld. Dat was al genoeg; maar wat zou dat andere zijn met grootmama? Baron Frits en Lisette!

En vervolgens 't was een zomeravond deed de schoone vrouw van zijn broeder, Nelly's grootmoeder, hare intrede in het oude slot. Lisette en ik waren heengegaan om haar te zien; het geheele slot was verlicht en de dienstboden wachtten met groote fakkels onder aan den voet van het bordes; ook baron Frits stond daar met zijn oude moeder, toen het jonge paar aankwam.

Zij droeg een zwart jakje, en twee lange, zwarte vlechten hingen haar op den rug; het kind met de vlammende oogen en den kleinen neus, zag met geveinsde vriendelijkheid Lisette aan. Nu moet gij weten, Lise, dat Francis met ons tegelijk was aangenomen; een wilder kind was er niet.

Och Heer! dacht ik, wat zal er nu gebeuren? Zoodra ik kon, liep ik naar boven naar Lisette; zij stond aan het raam en keek naar de overzijde, naar het slot; en toen ik mijn arm om haar heen wilde slaan, sprak zij heel zacht: "Het is genoeg, Marietje! Waarmede zoudt gij mij ook kunnen troosten? Ga maar naar beneden, ga maar! ik zal mij wel alleen redden."

Sommige commentatoren meenen dat de in dit sonnet genoemde Lisette dezelfde is als de "Vrouwe aan het Venster". De aanvangregels doen vermoeden dat het geschreven is n

Denk slechts aan mijn gestorven oudoom Frits en de schoone Lisette! De oude dame antwoordde niet; met een driftig gebaar ging zij weder in den leunstoel zitten, en hare vingers verkreukelden Blanka's brief; maar haar gelaat was wit geworden, zoo wit, als de strooken harer muts.

"Dat liedje heb ik ook dikwijls gezongen, toen ik nog jong was," zeide tante; "ik heb ook daar beneden gezeten in het jasmijnpriëel met Lisette en naar hartelust gezongen, en zij kon het zoo schoon maar gij wildet immers weten," viel zij zich zelve plotseling in de rede, "wáár ik hem voor het eerst gezien heb?

Dáár, mijnheer, daar vond ik een arm ongelukkig schepsel, dat van berouw en smart verging; toen bemerkte ik, dat zij niet zoo slecht was; ik troostte haar in haar ellende nu, toen heeft zij mij verhaald, dat baron Frits en de schoone Lisette gescheiden moesten worden dat zij gestorven was, omdat men haar had doen gelooven, dat hij haar ontrouw was en dat is alles wat ik weet."

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek