Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 juni 2025


"Ik ben vermoeid," zeide Madzy, die haar knieën onder haar voelde knikken: "ik wilde, zoo mogelijk, wel een oogenblik nederzitten." "Neem mijn arm," zeide Ottilia: "en leun op mij: wij zullen ons ginds op dat bankje nederzetten, en Zweder zal u wat te drinken brengen, niet waar Zweder?" Zweder was een neefje van Ottilia en diende als page bij de Gravin.

Kind, dat ik liefheb, leun óp Mij, leun sterk! Laat meer het wicht der zorgen, die u kwellen, Mij voelen; 'k weet uw last, want kind Mijn werk, Mijn maaksel zijn de smarten, die u kwellen; Ik telde ze af, en heb met eigen hand, Die naar ùw kracht en naar Mijn macht gewogen.

Zie, daar komen reeds vrouwen om water te scheppen. Zij zullen ons steenigen, als wij hier blijven. Kom, wees sterk, mijn kind. Zoo trachtte de moeder, die zelve bijna niet voort kon, hare dochter te bemoedigen, en nu kwam Amrah haar te hulp. Na de eerste opwelling had zij de zieken niet aangeraakt, thans echter ging de trouwe ziel naar Tirza en zeide: Leun op mij.

Neem u in acht en struikel niet tegen de lage balie, die u belet verder in de kamer te komen dan een voet of vier: leun met uw ellebogen op de plank, die boven op die leuning is aangebracht, en zie oplettend rond.

"Heden of morgen," antwoordde Madzy, "het zal er toch toe moeten komen, en waarom dan maar niet terstond? Mijn ziel is nu toch zoozeer geschokt, dat een pijnlijke gewaarwording te meer schier geen invloed meer op mij hebben zal." "Ik geloof, dat gij recht hebt," zeide Beaumont, "maar in dat geval, wees zoo goed, en leun op mijn arm.

Een huwelijk van ijzer en vleesch. Laat mij, beneden! Doch zij lieten hem niet los, want zij waren sterk, en klampten zich vast aan de leun van de trap. Maar zij vermochten niet hem te houden, en, naar beneden vliegend als een lawine, stormde hij de keuken binnen. Daar zag hij Katelijne bleek en ontdaan, en hoorde haar zeggen: Hansken, waarom verlaat gij mij?

LANS. Wat zijt gij toch voor een domkop, dat gij dat niet kunt. Mijn stok kan er wel achter komen. FLINK. Wat gij zegt! LANS. Ja, en wat ik doe ook. Zie maar, nu leun ik, en mijn stok is achter mij. FLINK. Ja, 't is waar, hij staat achter u. LANS. Nu er achter komen en er achter zijn is een en hetzelfde. FLINK. Maar zeg mij nu in allen ernst, komt het tot een huwelijk?

Paul reed haar dadelijk op zij, nam haar de teugels uit de hand en bedaarde de onrustige paarden met een vluchtig klopje op hunne halzen. Ik riep je nog toe, voorzichtig met dien tak te zijn! sprak hij angstig. Hier.... leun tegen mijn schouder, dan zal ik je haar losmaken. Hij wierp zijn karwats neêr. Hij trok zijne handschoenen uit en wierp die eveneens op den grond.

Leun op mijnen arm, zei hij. Hij sprak heel lage, gewichtig en daardoor was zijn nadering, in Goedele's hoofd, een diepzinnige gebeurtenis. Haar ongeduld zakte thoope en ze voelde een groote aandoening over haar komen. Aarzelend hief ze hare hand op en rustte op zijnen arm. Ze kon niet doorwegen erop.

Wil je niet leunen tegen mij? Nou, zei Cecilianus. Ik leun nu maar tegen Cecilius.... Heb hem zoo lang niet gezien. Ja.... zei Cecilius; zoo lang elkaâr niet gezien.... Ze lagen stil tegen elkaâr. Zij sloten samen de oogen. Ik zal wat spelen, zei Zozimus. Hij nam een dwarsfluit uit zijn borst. Hij floot zacht. De jongens lagen over den grond, tegen den muur, als sliepen zij.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek