United States or Niue ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ei, vader, laat myn raad zo veel op uw gemoed Vermogen; denkt om uw gezondheid, die... DANDYN. Heel goed, Ik wil ziek wezen. LEANDER. Gy zyt ziek genoeg; ga heenen, Leg u te rust, gy hebt geen vlees meêr aan jou beenen. DANDYN. Te rust! gelykt ge u zelf by my? meent gy, wat smaat! Als dat een Rechter niet te doen heeft als de straat, Gelyk een schytvalk, met de degen wat te vegen?

Zo gy maar veinzen kunt, zult gy de rol heel licht Van Minnaar speelen voor haar Vaders aangezicht. LEANDER. Maar gy moest t’eene niet voor ’t andere bestellen. WOUTER. Rust jy jouw hooft maar Heer; dit ’s ’t huis, ik zal eens schellen. Vertrekt. IZABEL, van binnen. Wie klopt daar? WOUTER. Vriend, doet op. ’t Is Izabel. IZABEL. Wie wou jy spreeken, Heer?

Jou vaar wil rechten, hy wil pleiten, wel zie daar Het zal me nieuw doen by myn zoolen, of haar vaar, Eer gy zyn dochter krygt, niet noch zo ver zal komen, Dat hy stout dagen zal myn Heer de Paus van Romen. LEANDER. ’k Weet dat zo als gy; maar spyt zyn pleitzucht, ’k zweer, Ik sterf voor Izabel. WOUTER. Wel, trouwt haar dan, myn Heer; Ja toch, spreek maar een woord, het zyn gedaane zaaken.

Antwoordt op uw gemaak, ik zal zo naau niet zien. Hebt gy daar flus niet van die Exploteur ontfangen Een zeker Schrift? IZABEL. Ja, Heer. JERONIMO. Dat ’s wel. LEANDER. Ik heb verlangen Te weeten, of gy dat aan stukken hebt gescheurt, En niet gelezen? IZABEL. Ja, ik last ’t eerst. JERONIMO. Op haar beurt Antwoord zy wel. LEANDER. Vaar voort met schryven. Om wat reden Hebt gy ’t gescheurt?

JERONIMO. Hoe, ben je stom? spreek op, nu wakker spreek. Ja wel! IZABEL. Ach, Vader, ’k durf in ’t minst daar tegen Appelleeren. JERONIMO. Ik wel, dat schut ik. LEANDER. Ei, wil u niet eens bezeeren, Kent gy dit schrift wel? ’t is uw hand, gy hebt geen kracht Tot Appelleeren. JERONIMO. Hoe? DANDYN. Hy heeft u in zyn macht. JERONIMO. Ik zie, ik ben verleid, maar ’k zal dat revenzeeren.

JERONIMO. Heer, kan men binnen gaan? LEANDER. Neen, Heer. JERONIMO. Waarom niet, Heer? ’k Had in een uur of twe gedaan, of in iets meer. LEANDER. ’k Zal voor niemand niet, myn Heer, de deur ontsluiten. GRAVIN. Gy doet zeer wel, dat gy dien schreuwert houd daar buiten, Maar ik... LEANDER. Men laat geen mensch naar binnen gaan, Mevrouw. GRAVIN. Ik zal’er echter in. LEANDER. Mischien.

Dat woord bracht den toekomstigen heilige tot inkeer; hij deelde zijn broeder, die later Sint Leander werd, mede, dat hij van plan was zich te beteren, en werd van toen af aan een der vlijtigste leerlingen van zijn school. Later bouwde hij, als bisschop van Sevilla, een klooster op de plek, die zijn Damaskus was geweest.

En even als Amor Leander, de geliefde van Hero van zijn verstand beroofde, zo nu ook Achilles. Romanties wordt de eenzame tocht in de maneschijn van hem en zijn volgelingen beschreven, naar de verlaten, eenzame plaats waar de koningin een hinderlaag heeft aangebracht en waar de held nu zijn dood vindt.

IZABEL. Ach! die eer Is al te groot; kunt gy dat aanzien? gy, myn Heer? DANDYN. Dat doet me een uur of twee van ieder dag passeren. JERONIMO. Myn Heer, ik kom hier om... LEANDER. Hoor vader, zyn begeeren Zal ik u in een woord of twee geheel ontleên.

LEANDER. O, ’t is heel naar de Mode. WOUTER. met een grove stem. Maar wat gebeurt ’er doch? men komt, hoe komt me? men Vervolgt myn Suppliant. Men breekt een huis op. En Wat voor een huis? het huis, het huis van onze Rechter. Men opend met geweld de zaal, die aan ons echter Voor toevlugt dienden, in zo groot een tieranny. Men maakt ons schuldig daar aan dieve- en rovery.