Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 november 2025
In de laan zelf was niemand te zien, maar toen hij omzag, bespeurde hij Anna aan de rechter zijde van den tuin. Haar gelaat was door een sluier bedekt, maar zijn verheugde blik zag en omvatte alles op eens: de haar alleen eigen wijze van gaan, haar eigenaardige schouders, de houding van haar hoofd en als een electrische stroom voer door zijn lichaam.
Hij werd opeens zoo grenzenloos bedroefd, dat hij wel had willen schreien, zooals hij daar zat en haar in de armen hield; hij had het nooit te voren zóó gevoeld; maar 't was als zag hij op dit oogenblik voor 't eerst, hoe onuitsprekelijk averechts en onzinnig het leven was; alles werd hem zoo helder zoo helder en leeg; 't kwam hem voor of hij zelf al oud was en door een lange laan van teleurstellingen liep.
Aan het einde der laan daalde de weg zacht glooiend af in een groene vlakte, die aan de eene zijde door een steilen rotswand afgesloten was. Hier bevond zich de beroemde bron Castalia. Ben-Hur baande zich een weg door de menigte, die zich rondom de bron verdrong.
Daarbij gekomen, ontwaart ge met verwondering, dat de laan een hoek maakt en zich rechtsom wendt.
Nu ze heenging zou ze willen omkeeren, en toen ze kwam, had ze ook willen omkeeren. Ze was heel angstig, en wist niet wat ze moest doen. Ze sprak niet meer met de kinderen, maar liep zwijgend voort. Er was zoo'n donkere schaduw in de laan, dat ze niets kon zien. Maar 't was, alsof ze een massa stemmen om zich heen hoorde.
Hij leidde haar naar het Luxembourg in de minst bezochte laan, en alle Zondagen naar de mis, altijd in St. Jacques du Haut-Pas, wijl deze kerk ver af was. Aangezien deze wijk zeer arm is, gaf hij er veel aalmoezen, en de armen omringden hem in de kerk, 't geen hem den brief van Thénardier had bezorgd: "Aan den weldadigen Heer van de kerk van Saint-Jacques du Haut-Pas."
Achter ons aan het eind van de laan, die zich als een groen gewelf vertoonde, en regt over den ingang van het huis is een fraaije waterval, die door een bron, die hooger op de rots ontspringt, altijd van water voorzien wordt, en dus onophoudelijk loopt.
Door een zonderlingen loop van omstandigheden werd des ochtends na den nacht, toen deze gedaante Legree voor het eerst verscheen, de huisdeur open gevonden en hadden eenige negers twee witte schimmen de laan zien langs zweven, die naar de groote weg leidde. De zon zou haast opgaan, toen Cassy en Emmeline voor een oogenblik bleven stilstaan onder een groepje boomen, dicht bij de stad.
Zij schoten de welkome duisternis eener met hooge schuttingen afgezette laan in, een vallei binnen, en zoo voorbij eenige huizen weder in dat verblindende licht. Toen liep de weg een tijdlang over een onbegroeiden heuvel, en zij schenen dreunend in de oneindige ruimte te hangen. Toen vertoonde zich weder reuzen-onkruid om hen heen en schoot langs hen.
"Niet alzoo, Bouke!" zeide Joan: "wilt gij volstrekt zien, hoe het er mede staat, verberg u dan hier of daar; doch draag zorg, dat men u niet zie. Ik wil geen vermoeden bij mijn vijand doen ontstaan, dat ik een helper met mij genomen heb." "Daar staat die lange slungel al aan 't einde van de laan," zeide Bouke zachtjes: "ga hem maar te gemoet: ik verschuil mij hier."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek