Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 mei 2025


Dit is nu de laatste nacht, dien we samen doorwaakten. Uw vroolijk lachen zal ik niet meer hooren, noch uw lustige liedjes. Van u en al die blijde menschen aan den oever van 't Löfvenmeer moet ik nu scheiden. Gij, vriendelijke ouden! Gij hebt mij goede gaven gegeven. Aan mij, die in weelde leefde, bracht gij voor 't eerst geruchten van 's levens bonte wisselingen.

De stumper had een heerlijken droom gehad, terwijl hij daar in de sneeuw liep met zijn halfnaakte voeten. Hij had aan de groote bosschen loopen denken, ten noorden van 't Löfvenmeer, de groote Fin-bosschen.

Men kan toch wel op de markt merken, dat er nood geleden wordt op Svartsjö en Bro en Löfvik en de andre gemeenten aan 't Löfvenmeer. De handel gaat slecht bij de kramen en de platen. De meeste beweging is nog op de groote veemarkt, want menigeen moet zijn koe en zijn paard verkoopen om den winter door te komen. Daar heeft men ook den woesten, spannenden paardenhandel.

Wacht u voor de fraaie landtong op den oostelijken oever van 't Löfvenmeer, door de baai van weerskanten met vriendelijke golfjes omsloten, voor de trotsche landtong, waar Borg ligt. O wacht u wel die te betreden! Nooit zag men 't Löfvenmeer mooier dan van hier uit.

Hoe zal ik de besmetting roemen, die zich toen over 't land verspreidde. Zou men niet meenen dat de kavaliers de goden dier streek waren en dat allen door hun geest bezield werden? Door den geest van 't avontuurlijke, van zorgeloosheid en verwildering. Kon men alles vertellen, wat er in dat jaar onder de menschen op de kust van 't Löfvenmeer gebeurde, dan zou de wereld verbaasd staan.

't Zou tot allerlei praatjes aanleiding geven, als ze zoo iets deed. Maar als ze het niet deed, hoe zou het dan met hem gaan? Ze moest voort. En dan denkt ze er aan, dat ze daar onmogelijk heen kan komen. Om dezen tijd van het jaar kunnen geen paarden meer over 't Löfvenmeer gaan. 't IJs is op 't punt van te smelten; 't is al aan den oever losgeraakt.

Zij zag uit over 't gele loof van den herfst, over de dahlias en asters, die hun hoofden lieten hangen op de door den wind gebroken stengels. Zij zag de zwarte golven van 't Löfvenmeer, en een oogenblik geeft ze toe aan den twijfel. "Oom Eberhard," zegt ze, "wat is de wereld grauw en leelijk! Wat is alles hoopeloos. Ik wil graag sterven!"

Hij heeft vuursteen en staal en kogelvormen in zijn jachttasch, 't geweer op den rug. Hij gaat naar de kerk van Bro om zijn geluk te beproeven. De kerk ligt op 't oostelijke strand van de smalle straat tusschen 't boven en beneden Löfvenmeer en de Majoor moest over de brug om daar te komen.

Zij wilden Gods huis niet ontsieren. Die armen! Zij dachten zeker aan den tijd, dat men voor hen knielde en gebeden tot hen opzond. En ik zat te denken aan die boot, met heiligen belast, die op een stillen zomeravond heengleed over den blanken spiegel van 't Löfvenmeer.

Ze slaapt als een wagenmenner op den grond in de schuur met een zak onder het hoofd. 's Winters kan ze een kolenbranderij besturen, 's zomers een houtvlot 't Löfvenmeer af brengen. Een kloeke vrouw is ze, die weet te bevelen. Ze vloekt als een boerenknecht en ze regeert haar zeven bergwerken en de hoeven van haar buren er bij, ja heel het mooie Wermeland.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek