Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


Hij moet vele nachten waken bij de kolenbranderij, of bij de groote meren dagen en nachten doorbrengen in de lichte zomermaanden, als de houtvlotten langzaam voortdrijven naar het Weenermeer; dan zal hij leeren op alle teekenen in de natuur acht te geven en begrijpen hoe de doode dingen in verband staan met de levende.

Langer dan zilver bleef men er ijzer, tin en kobalt winnen, en in de 16de en 17de eeuw bloeiden in het Ertsgebergte veel ijzersmelterijen, maar tegenwoordig is het met den bergbouw gedaan, of zoo goed als gedaan; alleen in de omstreken van Freiberg, Schneeberg, Altenberg en Johanngeorgenstadt wordt nog ijzererts gewonnen. Ook een ander bedrijf, de kolenbranderij, is zoo goed als verdwenen.

Ze slaapt als een wagenmenner op den grond in de schuur met een zak onder het hoofd. 's Winters kan ze een kolenbranderij besturen, 's zomers een houtvlot 't Löfvenmeer af brengen. Een kloeke vrouw is ze, die weet te bevelen. Ze vloekt als een boerenknecht en ze regeert haar zeven bergwerken en de hoeven van haar buren er bij, ja heel het mooie Wermeland.

Ik zal hem helpen in de kolenbranderij, en met het strikken zetten voor vogels en hazen. Ik zal zijn eten bereiden en zijn kleeren verzorgen. O mijn liefste, gelooft ge, dat ik ontbering of droefheid zal voelen, terwijl ik alleen in onze hut zit en u wacht?

Langs eenzame wegen ben ik hierheen komen reizen, dertig mijlen in drie dagen. En van schaamte over je gedrag beeft mijn oud lichaam, alsof ik met roeden geslagen ben. Mocht je eens verloochend worden, zooals ik verloochend ben, verstooten, zooals je mij verstooten hebt. De weg worde je thuis, de sloot je bed, de kolenbranderij je haard, schande en vernedering je loon.

En diep in de bosschen lacht de kolenbranderij, en het is alsof de koppen van de groote hamers in de donkere smidse honend grijnzen; de groeven doen hun groote muilen open en schateren; de lessenaars op de kantoren van de groothandelaars, waarin de contracten met de Majoorske liggen, schudden van 't lachen. "Heb je ooit zoo iets geks gehoord? Ze hebben geen ijzer op Ekeby!

Hij zal zien dat als er onrust op de aarde is, de vrede van de doode dingen verstoord wordt. Het volk weet dat wel. In zulke tijden dooft de booze boschnimf het vuur in de kolenbranderij, slaat de meermin de booten stuk, zendt de stroomgeest ziekten uit en laat de kabouter de koeien verhongeren. En zoo ging het dit jaar. Nooit had de overstrooming in de lente zóóveel schade aangericht.

Het leger van den beer, het hol van den vos, de onderaardsche woning van den das, de zwarte grond van de kolenbranderij, de dennen met de witte naalden, de berg, die door den boschbrand geteisterd is een maand geleden, de steen, die door den reus weggeworpen is, dat alles is gevonden; maar niet de plek onder den bergwand, waar dat zwarte ligt.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek