United States or Romania ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het is toch ook voor mij niet prettig! Ik heb hem al... ik heb hem al over de partij gesproken en... hij rekent er natuurlijk op... Waarom ben je dan zoo onvoorzichtig! Mama vindt het natuurlijk ook niet prettig, als de menschen over jullie kakelen. Gisteren vroeg mevrouw Eekhof nog... Wat kan ons mevrouw Eekhof schelen, als we van elkaâr houden. Als je je aan iedereen wilt storen...

Sommigen kunnen hinneken als een veulen, anderen hebben zich geoefend in het kraaien als een haan en het kakelen als een hen.

Ik geloof, dat we een omweg hebben gemaakt. Jullie kakelen ook maar in plaats van eens naar het pad te kijken. Je begrijpt, mijn oude oogen ... Maar de tocht over die steenen was heel jolig! lachte Eve.

Door behendigheid, scherpzinnigheid, schranderheid, moed, vechtlust en geschiktheid om getemd te worden, onderscheidt de Steenpatrijs zich, evenals al zijne verwanten, zeer gunstig van andere Hoenderen. Zijn stem herinnert in vele opzichten aan het kakelen van de Huishoenderen. Zijn voedsel bestaat uit verscheidene plantaardige stoffen en velerlei kleine dieren.

Ik ben van Pauls opinie; ik hou zeer veel van een luie buitenpartij: heel lang liggen in de schaduw, en dan naar de wolken kijken boven je hoofd, lispelde Lili. Lili weet toch altijd het langoureuze met het poëtische te vereenigen! schertste haar zuster. In godsnaam, De Woude, beweer eens wat. We kakelen allemaal door elkaar, en jij loopt stilletjes verzen te maken, geloof ik.

Ach, Marianne, sta jezelve toch niet zoo bang te maken; kom nu in bed, dan kakelen we gezellig. Marianne liet het gordijn neêr, kleedde zich in een wip uit en nestelde zich naast Freddy. Ook zij lachte even. Je kan hier wel een bal geven, in dit bed! O, ik zou dol zijn van angst, als ik hier alleen moest slapen. Ik heb totnogtoe altijd in onze oude kamer geslapen, waar ik met Jet was.

Daar bestaat een periode van het hoorspel, waarin de kleine in de wieg luistergraag let op den rammelaar, op het kloppen, tikken, spreken, fluiten, zingen, rammelen van sleutels enz. Spoedig begint dan het kakelen en schreeuwen, een schreeuwen zonder smartgevoel, alleen om den speellust te bevredigen.

Wil men op afkeurende wijze te kennen geven, dat iemand zich luide doet hooren, bijv. bij een kijfpartij, dan gebruikt men ~kakelen~. Hoor die vrouw daar eens staan te ~kakelen~, mijn ooren tuiten er van. ~Praten~ doet men, als men met iemand een gesprek voert over alledaagsche zaken, meestal uit tijdverdrijf. Hoor die kleine meid eens , haar mondje staat geen oogenblik stil.

Maar Barbicane deed met één woord zijn geestdrift bekoelen. »Alles goed en wel, mijn vriend," sprak de voorzitter der Gun-club, »maar waar komen die haan en die kippen vandaan, die medegedaan hebben?" »Die haan die kippen?" »Ja." Dat zij er waren, leed geen twijfel, want zij liepen nog te kakelen en te scharrelen.

Er was niet een van hen, die niet geloofde, dat de jongen dood gevallen was, en nu ergens in 't bosch lag, waar ze hem niet konden vinden. Maar den volgenden morgen, toen de zon opkwam boven de bergen, en de wilde ganzen wekte, lag de jongen als gewoonlijk tusschen hen in te slapen, en hij kon het lachen niet laten, toen hij wakker werd, en hen in hun verwondering hoorde kakelen.