Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 mei 2025


In dien tijd echter trad Joost Thooft op als een nieuwe baanbreker voor dezen tak van kunstnijverheid. Hij nam de fabriek over, en met behulp van den laatsten oud-Delftschen plateelschilder, den bejaarden Tulk, werden de eerste proeven in blauw en wit met succes genomen, om de oude industrie te doen herleven.

Pff! wat 'n geleerdheid, 'k snap er geen steek van hij wil er in zien, wat niet gezien kan worden, niet zien wat ie voelen kan daar mag Joost uit wijs worden ... hij ging in den fauteuil zitten, nam opnieuw de photo en vergeleek die nog eens nauwkeurig met het kleimodel.

Hun zoon Joost van Montfoort, gehuwd met Anna van La-Layng, volgde hem op, en werd in 1530 door Keizer Karel den Vijfde in alle voorrechten bevestigd, hoewel het Hoogheerlijk recht, waarop de Burchtgraven zoo grooten prijs stelden, merkelijk was besnoeid door het sedert eenigen tijd te Utrecht gevestigde provinciaal Gerechtshof.

En Joost Damman sprak: Gij weet wel dat dit geen tooverteeken is, maar dat er vleezige uitwassen bestaan, in dewelke men mag steken, zonder dat zij bloeden.

Holstaff treurde, dat in zulk een mooi land, als Duitschland, zulke afzetters woonden. Veervlug zei, dat Joost of Heintje Pik hem halen mogt, als hij die thee voor Joostjes en Pecco hield. De Morder wist niet, wat hij laffer vond, het vocht of de aardigheid van zijn vriend. Pols trachtte aller gemoederen tot bedaardheid en tevredenheid te stemmen.

Ik zal blijven, zei Joost Damman, en mij vermaken met die tooveres te zien lijden op heure bank. Hoe vindt gij 't huwelijksbed, nichtje? En zuchtend antwoordde Katelijne: Koud van armen en warm van hert, Hans, mijn welbeminde. Ik heb dorst, mijn hoofd brandt! En gij, vrouwe, sprak de baljuw, hebt gij niets meer te zeggen? Ik hoor, zeide zij, de kar van den Dood en een dof gerammel van beenderen.

Eindelijk, den zesden dag geloof ik, liet men ons op het dek hijschen. Ik keek ereis rond om de hoogte te nemen; maar Joost haal me zoo ik de plaats herkende, waar wij ons bevonden: en dat was nogal natuurlijk, daar ik er nooit geweest was.

Dat zegt gij, messire baljuw, hernam Joost, doch bij gebreke aan genoegzame bewijzen, kunt gij mij niet veroordeelen; tooveraar ben ik niet of was ik nooit; enkellijk speelde ik het spel van den duivel. Wat mijn helder gezicht betreft, nu weet gij het middel, dat ik daartoe gebruikte. De zalve, hoewel zij bilzenkruid, een vergiftige plant, bevat, is enkel slaapverwekkend.

Die jongeling met zijn bruinen rok, in gindsche loge, is Joan De Wolff, en heeft, evenals zijn voorzaat, een Joost tot zwager, wel geen Joost Van Vondel, maar een Joost Van Eik, van de Heerengracht over de Driekoningenstraat, die met zijne vrouw en drie kinderen nevens hem zit.

Tegenwoordig is het dienstpersoneel, zooals de algemeene klacht is, in de verste verte niet, wat het vroeger was, en Joost was denk eens aan in dien tijd al de puikste der puiken. Doktor Faustus had maar te zeggen: "Graag wil ik dit of dat," en de knecht was reeds weg, veel gauwer dan een paard kan loopen. Wat verlangde doktor Faustus ook niet al!

Woord Van De Dag

kiest

Anderen Op Zoek