Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 november 2025


Eenige dagen gingen voorbij zonder dat hij een poging waagde, hoe toeschietelijk Sander ook glimlachte en lustig knikte wanneer hij aan de deur verscheen. Maar Spitsken joeg weer achter den kater, en het beest wipte weer binnen over de halfdeur. Hij kan hem niet krijgen, pochte Sander.

Als Johan in de herberg zat, zag hij ze vaak omloopen in de gang. Ze lachte luid of zong. Ze had eene klare golvende stem, die door gansch het lichaam van Johan sidderde en er een ongemak veroorzaakte, dat het bloed naar zijne slapen joeg. Hij dierf haar niet aan te spreken, maar zijne vingeren beefden en zijn adem zwol.

De kleermaker sloot garen en naalden, el en strijkijzer in de kast en leefde met zijn drie zonen in weelde en vreugde. Maar waar is de geit gebleven, die de schuld was, dat de kleermaker zijn drie zonen uit zijn huis joeg? Dat zal ik je zeggen. Zij schaamde zich, dat zij een kalen kop had, en verstopte zich in een vossenhol.

Nooit werd ik in mijn bedje gelegd of eene vrouw gaf mij een kus, en als de Decemberwind de sneeuwvlokken tegen de bevroren ruiten joeg, nam zij mijne voetjes in hare beide handen om ze te verwarmen en zij zong dan een liedje, waarvan de wijs en ook eenige woorden nog niet uit mijn geheugen zijn gewischt.

De wind joeg over het dak, deed de pannen kletteren met krachtige stooten; maar mij vastklampend aan de geruststellende gedachte, dat hij eerst het dak moest kapot hebben, vóór hij mij kon bereiken, sloot ik de oogen en viel in slaap.... 's Morgens stroomde een prachtige zonneschijn door het zolderraampje en legde een stralenkrans om mijn hoofd.

Onze held opende de tasch, die zijn tante hem had gegeven, stak het gras in zijn nabijheid in brand, en met het zwaard van Murakumo sneed hij de groote groene halmen zoo snel mogelijk af. Nauwelijks had hij dit gedaan, of de wind draaide plotseling om, en joeg de vlammen van hem weg, zoodat de Prins ten slotte kon ontsnappen zonder zich ook maar eenigszins te hebben gebrand.

Zoo borst hy angstig uit: »Mijn vader is een Hooge Heer.... »Toch, Ellen! toch ik zie u weêr, »En als mijn dierbre bruid!" Straks joeg een strijdros langs den weg Die recht naar Londen gaat. Zijn Ruiter reed met rustloos hart; Een wapen, wit en rood en zwart, Gestikt op zijn gewaad. En later reed er, eer de schaaûw Nog heenkroop naar het oost, Een droeve Jonkvrouw langs die baan.

Wat dan, o wat dan? Helaas, zij kon niet verder, zij stond als geblinddoekt in een toovercirkel, dien zij niet overschrijden kon, en hare handen tastten om zich heen zonder iets te vatten. Joeg zij ook met energie hare gedachten heen, zij kwamen weer terug, halsstarrig.

Zelfs schramde ik mijzelf eens; ik ging toen schreeuwen alsof ik vermoord werd; mijn moeder liep toe en joeg den meester onmiddellijk weg, hoewel hij den hemel tot getuige riep, dat hij mij niet had aangeraakt. Zoo ontdeed ik mij van al mijne leeraren, totdat er een kwam, van de soort, die ik noodig had. Dat was een student van Alkala. Een uitmuntend mensch voor huisleeraar.

Maar je weet toch wel wat hier een paar maanden geleden met Nagel gebeurd is?" "Wat dan?" "Je moet weten: Gijs Nagel was hier nachtwacht, een goed vriend van Jakob Baas, de broer van mijn zwager Jan. Allebei hadden ze een heele troep gemeen voor 't huis. Bij Jakob was de dienst pas begonnen of de burgemeester aan 't hoofd van een troep soldaten drong naar binnen en joeg de gemeente uiteen.

Woord Van De Dag

aroetekoeënd

Anderen Op Zoek