United States or Guyana ? Vote for the TOP Country of the Week !


En »gierigheid« is niet maar »tuk op geld zijn en bang om geld uit te geven«, neen, een gierigaard is een jammerlijk mensch, die geen meester meer over zijn begeeren is; en »gierigheid« daarom de wortel van alle kwaad, omdat gierigheid zeggen wil: al het diepe begeeren van zijn hart naar het goud der wereld laten uitgaan insteê van naar de heilschatten Gods.

Ontluikt, gelijk een lustdal schoon, Dat in den morgenstond zijn bloemen stelt ten toon; Vervrolijkt u, gelijk de vogelkens met lusten De Zonne groeten, als zij stijgt uit heurder rusten, Gij die verlaten scheent. Wie of met vrolijkheid Ons ongewoon begroet? 't Zijn Amrans zonen beid'. o Broeders, wellekom! Uw voorhoofd wilt vervrooyen . Waarin? in onzen druk en jammerlijk verstrooyen?

Wanneer Egmond hun hoofd werd, vormden zij een leger, waarmee de beroemde veldheer in staat zou geweest zijn om het land tegen elken aanval van Spaansche troepen te verdedigen. De verwachtingen, welke de hervormden op den lieveling des volks, den graaf van Egmond, gebouwd hadden, werden jammerlijk teleurgesteld.

Als Croz niet op den terugtocht had aangedrongen, zou hij nog in leven zijn. Hij verliet ons op den bepaalden dag te Chamonix; maar door een zonderling toeval ontmoetten wij elkander drie weken later weder te Zermatt; en twee dagen daarna kwam hij, voor mijne oogen, jammerlijk om het leven op dienzelfden berg, waarvan wij ons, ingevolge zijn raad, op den 21sten Juni verwijderd hadden."

Deze vond allerwege aanhangers, waaruit spoedig partijen ontstonden, die, hevig onder elkander twistende, de nog niet eens gevestigde Kerk jammerlijk verwarden en verscheurden terwijl de staatkunde der Spaansche regering dat vuur van verdeeldheid voedsel gaf en aanblies.

De kat sprong een paar el in de lucht, hief toen een jammerlijk geschreeuw aan, danste de kamer rond, sloeg tegen de meubels, wierp de bloempotten omver en gooide alles het onderstboven. Vervolgens ging zij op de achterpooten staan, draaide met den kop en miauwde van angst. Daarna liep ze weer als een razende het huis door en bracht overal verwarring en vernieling met zich.

Toen zij zag, dat bij haar andere kwalen dit haar nog overkwam, dat die het dijbeen had gebroken, door welke zij hoopte geholpen te worden meer dan door anderen, begon zij bedroefd opnieuw zoo jammerlijk te weenen, dat niet alleen de boer haar niet kon troosten maar zelf van zijn kant begon te huilen.

Blijkbaar was hij gedood in den strijd om haar tegen de onverlaten te beschermen... Marten knielde bij hen neder, en schreide jammerlijk, en ook Jan Gerritsz was bij dit vreeselijk schouwspel zijne tranen niet meester. Hij legde Marten de hand zacht op het hoofd, en zeide: »Arme, arme jongen." De jonge zwerver.

En Lavinius Gabinius sloeg de handen wanhopig op en schudde jammerlijk met zijn hoofd. Niet jammeren! Niet jammeren! bezwoeren de tweelingen bijna imperatief. Je mag niet jammeren, hoor! Je hebt òns toch gehouden! zei Cecilius. Tel je dat heelemaal niet? vroeg Cecilianus. Als je nog niet dadelijk alle noodige komedianten kunt koopen.... Of huren.... Dan kunnen wij immers.... Wij....

De laatste flarden van wildemans-romantiek, waarmede westersche onwetendheid den koppensneller omhangt, vallen van hem af, wanneer men hem in zijn eigen land ziet, en de wijze verneemt waarop hij te werk gaat. Er is geen zweem van wilden moed in, het is door-en-door arglistig, wreed en jammerlijk laf.