United States or Barbados ? Vote for the TOP Country of the Week !


Jozef had, om zich van zijn groeyende verveling te verstrooyen, aan tafel twee halve fleschjes fijnen, zwaren wijn gedronken in plaats van éen. Mathilde zat op in bed, in een hevigen aanval van hartklopping en koortsige bloedstijging. Haar gezicht was lichtelijk rood gekleurd, haar oogen gloeiden, zij beefde sterk.

Op die manier was het leven onmogelijk. Alleen verdiepte hij zich nog in de aan zijn toilet besteedde zorgen. Aan zich zelf overgelaten, groeide zijn ijdelheid. Hij bestelde nieuwe pakken hij den kleermaker, stond zich voor zijn spiegel te verstrooyen met het aanpassen van overhemden en boorden, bracht een half uur door met de kleur van een das te overwegen.

Ontluikt, gelijk een lustdal schoon, Dat in den morgenstond zijn bloemen stelt ten toon; Vervrolijkt u, gelijk de vogelkens met lusten De Zonne groeten, als zij stijgt uit heurder rusten, Gij die verlaten scheent. Wie of met vrolijkheid Ons ongewoon begroet? 't Zijn Amrans zonen beid'. o Broeders, wellekom! Uw voorhoofd wilt vervrooyen . Waarin? in onzen druk en jammerlijk verstrooyen?

In haar rouwtijd kon zij niet uitgaan, zij, die zooveel hield van zich overal in het publiek te vertoonen. Nu moest men haar zoo'n klein pleiziertje aandoen, trachten haar een beetje te verstrooyen. Zooveel práatte zij ook niet. Haar tegenwoordigheid zoû Mathilde niet vermoeyen. Jozef was weêr een tijd trouw thuis gebleven. Geregeld, als een liefdezuster, stond hij Mathilde ter zijde.