Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juni 2025
Een dames portret van Bles vond ik ook heel mooi, maar Maeceen riep er zoo erg niet over; hij zei dat hij veel mooier stukken van hem had gezien en dat ik er gevoegelijk de woorden aangenaam gepenseeld, iet of wat gemaakt en oppervlakkig bij kon zetten.
Omdat ze iet of wat konden kunstrijden, deden zij alsof ze heldinnen waren in de sport en keken met onverholen minachting en spot naar 't gewurm der anderen. "Niet fameus, het rijden van je belle," riep een van haar mij in 't voorbijzwieren toe, luid genoeg dat de freule het wellicht hooren kon. Ik had haar wel kunnen omvergooien van woede en 't schaamterood steeg als een golf naar mijn wangen.
Gij zijt de volheid zelf, de spruitende fonteine, Die overvloeit van 't goede; o mensch! die niet en hebt Iet goeds, als tgeen gij uit dees zuiver borne schept, En zijt niet van u zelf als stof en asch onreine!
"'k Gaan mee!" riep Pallieter terug, "wacht wa!" Hij ging zijn mantelfrak aandoen. "Vroeg thuis zijn, hè Pallieter?" vroeg Marieke, "'k zal oe straks is iet hiel aardeg vertelle!" "Mag het Charlot ni hooren?..." "Jawel, mor ... toe ga mor, en komt gauw terug!" Zij bloosde wat en streek met haren schoonen voorarm de bruine krullekens van haar voorhoofd weg.
De hemel is egaal loodkleurig, er is geen denken aan dat er kans is van ophouden; de wolken zijn het volkomen eens. Ik loop even naar het postkantoor: mijn parapluie begint iet of wat door te regenen; mijn schoeisel wordt week. In de "Langgasse" ontmoet ik een paar boerinnen. Ze houden haar rokken buitengewoon hoog op, haar kousen lijken op alles behalve op wat ze zijn.
Hij waschte zijn handen en ging aan de deur een pijp zitten smoren en zag het spel der vele kinderen na. Er kwamen eenige mannekens vragen: "Menhierke, vertelt nog is iet...." En Pallieter vertelde van de zeven kaboutermannekes en de put met de gevangene prinses. Zij luisterden de ooren van hunnen kop, en daar kwamen maar aaneen toe kinderen bij, die drongen om van vóór te staan.
Ze stonden in hun zweet lijk in een kleed; hun hemd plakte tegen hun billen, hunne keel werd er schor van, en ze dronken den Fransche en den gepeperden genever lijk water. "Wie kent er e schoe vertelselke," riep een dikke meid, "iet veur mee te lache!" "Ik!" riep een boer.
"O!" riep Fransoo tot Pallieter. "Bruur, zoe iet vinde ni meer van hier toet China! Och, hoe kolossaal!" En de zon, die meer en meer binnenschoof, gaf er een grooter weelde en een inniger leven aan. De pastoor zijn kletskop blonk hevig af tegen de blauwe verte der mastebosschen, en Charlot zat te zweeten van gulzigheid en plezier.
Rogiere die hevet zijn swaert geheven Ende hevet den swarten geslegen Dat hi den helm altemale Cloofde ende den hoet van stale. ........................... Doe ginc Rogier ter selver stede Daer di Ridder lach gewont Ends dede hem den helm af en sach Of hi jegens hem spreken mag. Hi lach in onmacht van de slagen, Rogier die peinsde of hi iet sage Daer hi hem mede conde genesen.
„'k Zie-'t!” zoo piept gij; ziet gij, binnen deze borst, mij iet beminnen, haten, willen, wenschen iet, blijdschap hebben en verdriet? „'k Zie-'t!” uw roepwoord doet mij delven diepe in 't diepste diep mijns zelven en ontdekken daar 't bedied van uw eeuwig zeggen, „'k zie-'t!”
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek