Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 mei 2025
Maar de geesten luisterden niet, en beiden vlogen in't ronde, met het hoofd omlaag en de beenen omhoog, lijk pluimpjes in den winterwind, terwijl de geesten spraken: Glorie aan de mannekens en aan de vrouwkens! Dat zij dansen als wij!
Ik zou om te beginnen maar een manneken willen koopen! Om te beginnen, zegevierde de klakkenmaker, de drift is u al meester... ge zijt een verloren man, Snepvangers, maar gij moet het weten... ik heb u verwittigd... Waar kan ik een vogel koopen, vroeg de ongeduldige Snepvangers, in vertrouwen, want ik ken de mannekens niet uit de poppekens...
Het was zijn glorie zijn vogels te hooren roemen. Miranda was goed bedacht geweest, want aan dezes zolder dankte hij de stamouders van zijn kooi. Intusschen was zijn gevederde bevolking toch noch gestegen tot zes-en-negentig mannekens en poppekens. En weer lagen, in den vierden kweekzomer, de poppekens op hun broze sprikkeleitjes te broeien en gaapten en piepten de jongskens in de nesten.
Ja... want poppekens en poppekens dat vecht niet... mannekens en poppekens vecht ook niet... maar mannekens en mannekens die pikken elkander de koppekens kaal... Maar als de vogels nu eens apart zitten? Dan moet ge ze hooren zingen... als zij zingen zijn het mannekens... daarbij kunt ge het zien aan hun houding en manieren en hun koleur is hooger... Waar zou ik er een kunnen koopen?
De mannekens der eigen partij werden opgehemeld, alle deugden en bekwaamheden hun toegeschreven. De verdierenpikker moest hem steunen in zijn moedeloosheid.
Uren zaten zij bij de vogels te kijken en te spieden, te luisteren naar het gefrazel der jonge mannekens... Zij hielden van de fijne, gele donsschakeeringen, van de zoete, weeke kleur. Aandachtig zagen zij hoe de jongskens gespijsd werden, hoe de schuw-rille vogels op en af vlogen elkaar beriepen, naast elkaar hokten of met vogelwreedheid elkaar bepikten.
Hij waschte zijn handen en ging aan de deur een pijp zitten smoren en zag het spel der vele kinderen na. Er kwamen eenige mannekens vragen: "Menhierke, vertelt nog is iet...." En Pallieter vertelde van de zeven kaboutermannekes en de put met de gevangene prinses. Zij luisterden de ooren van hunnen kop, en daar kwamen maar aaneen toe kinderen bij, die drongen om van vóór te staan.
De kinderen lawaaiden binnen het gekalkte kamertje en ze werden wilder naarmate ze merkten dat Johan vrede ermee had. Ze zetten de stoelen opeen, klauterden op de tafel, verfden mannekens op den muur en speelden paardje op de buis van den kachel. En paar hadden voorgenomen om in het duivenkot te kruipen, maar dit werd streng verboden.
Uilenspiegel sprak tot den baas: Ziet gij dezen gulden? Ik zie hem, zei de baas. Hoeveel oortjes zoudt gij er wel van afhouden, om die flesch daar met dobbelen klauwaard te vullen? De baas antwoordde: Met negen mannekens zijt gij er van af. Dat maakt, zei Uilenspiegel, zes mijten Vlaamsch, dus twee mijten te veel. Om het even, tap ze maar vol. Uilenspiegel schonk de meid eenen beker vol.
Volgens mij ook niet, fluisterde de neusstem, ge zult er verstand van krijgen, Snepvangers, dat voorspel ik u... Daarom, een goeie raad, let op de pooten als ge koopt... Die van jonge vogels zijn glad, die van de oude zitten vol schubben en hun klauwen zijn veel dikker en langer... Ga naar den ouden Willems met mijn complimenten, hij is zaalwachter in het Steen en die zal u niet verneuken... Hij kleurt geen wijfkens om ze voor mannekens, te verkoopen... Zorg dat ge uw drift meester blijft en dan zult ge veel plezier in de liefhebberij vinden ... Ik heb hooren vertellen dat een Hollandsch kapitein die veertien jaar te Breda in garnizoen had gelegen zoo verslingerd op het gezang was geworden, dat hij menigmaal vergat 's middags te gaan eten...
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek