Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 november 2025
2do moet de hut getymmert worden dat het voorste der hut staet naer het Suyd-Oosten, omdat dit den waermste wind is, en in den winter het meeste sonneschyn heeft; want de byen moeten door de waermte leeven.
Het hoofd van Mazesi zal ik op mijn assagaai steken, en die planten voor de hut van hem, die Manondo heeft laten ombrengen." Met krachtige stem, vergezeld van levendige gebaren, had het jonge opperhoofd deze woorden gesproken. Hij had indruk gemaakt; de Boeren-aanvoerders waren van zijn oprechtheid overtuigd.
Plotseling rees er een gedachte bij hem op, en met de woorden: "Wacht, ik zal eens zien...." liep hij de hut uit; en ofschoon Ritter hem nariep, die vreesde dat Geurt niet terug zou komen, vervolgde hij zijn weg tot nabij de hoeve, waar de kalkoenen opnieuw het gefluit van den jager beantwoordden maar kwam ook, geen twee minuten later, in een kleine roeiboot langzaam het stroompje afzakken.
Maar Vader en Moeder hadden 't niet gedaan. Misschien waren ze wel een beetje bang geworden, maar ze waren toch niet zoo, dat ze een arm, doodziek mensch uit hun huis zouden jagen. Kort daarop was ze gestorven, en toen was het ongeluk begonnen. Vroeger was er nooit anders dan blijdschap in de hut geweest. Wel waren ze arm geweest, maar nog niet eens zoo heel erg.
Ik was nauwelijks binnen gekomen, of uit een andere hut kwam een jonge krachtvolle man naar mij toe, die mij terstond toeriep: Heer, gij hadt gelijk. Zij is niet dood, maar zij leeft! Zij haalt weer adem. Ik heb mij gehaast om het u te komen zeggen en u mijn dank te betuigen. Is zij een verwante van u? Ze is mijn vrouw.
Daarna was neef Benedictus naar zijn hut teruggekeerd, zeker wel om na te denken over de gevolgen van dit zoo droevig ongeluk en de krachtige maatregelen die genomen moesten worden.
Wij richten onze schreden naar de naaste hut. In het gras langs het pad liggen een aantal verkalkte schilden van schildpadden. Groote honden, gestreept als tijgers, met rechtopstaande ooren en lange snuit, beginnen bij onze nadering uit alle macht te blaffen.
"Maar ze zijn zoo klein dat men ze bijna zeeinsecten zou kunnen noemen. Neef Benedictus zou er misschien gaarne zijn verzameling mee willen verrijken!" "Neef Benedict!" riep zij toen. Neef Benedictus kwam toen uit zijn hut te voorschijn, bijna gelijktijdig met den kapitein. "Neef Benedictus," zei Mevr.
Klinkt zóó een hoofdschuddend intermezzo? Wij verheugen ons, waarde lezer, dat ge twijfelt, 't is een bewijs, dat gij nooit zaagt 't geen wij u voorstelden, maar we verzekeren u, dat die hut naar 't leven werd geteekend.
De kapitein riep; een hofmeester verscheen, aan wien hij in zijne vreemde, voor mij onverstaanbare taal eenige bevelen gaf; daarop wendde hij zich naar Ned Land en Koenraad en zeide: "Een maal wacht u in uwe hut; volgt dien man slechts." "Dat weiger ik niet," antwoordde de harpoenier. Koenraad en hij gingen eindelijk uit de cel, waarin zij meer dan dertig uur hadden opgesloten gezeten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek