Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juli 2025


Toen hij den herder ontdekte, werd toornig Gawein, maar riep, zich met hoofschheid, zelfs tegen een dorper en vilein, bemeesterend, kalm naar de hooge helling op: Darf ik vragen, jonge knape, wat u zoo blijde lachen doet, daat boven aan den hoogen oever, terwijl hier omlaag een ridder moeizaam zijn ros stroom-opwaarts naar gindschen verren burcht dwingt?

Toen boerke nu den geestelijke aankeek, zag hij, dat het de pastoor van de molenaarsvrouw was. »Ik heb je uit de kast bevrijdzei hij toen, »bevrijd mij nu uit het vatEr kwam juist een herder met een kudde schapen voorbij; boerke wist van hem, dat hij erg graâg schout zou zijn, en hij riep luid: »Neen, ik doe het niet, en al zou de heele wereld het willen, ik doe het nietDe schaapherder hoorde het en kwam er bij en vroeg: »Wat meen je? wat wil je niet

De omgang met volwassenen en het vrije leven, die groote vrijheid van beweging, is eene ramp voor jonge kinderen. Het kind moet opgroeien onder het oog der ouders of onder 't oog van bezorgde lieden, die over zijn onschuld waken. Als gij een jongen naar den vreemde zendt om daar te arbeiden, onttrekt gij hem aan de hoede van zijn geestelijken herder."

Ik heb hier nog drie eieren, Warm uit den nest; Ik heb hier nog een kalfken, Dat is vet gemest; Ik heb hier nog wat vlaaikens In mijn korfken staan, Om te vereeren Het kindeken teere, Laat ons gaan! Als zij nog heel klein zijn: Met den tikkenhaan in de hand Komen wij den herder groeten; Met den tikkenhaan in de hand Groeten den herder van het land.

Wie zou het hebben durven wagen, deze ontoegankelijke rotsen te beklimmen? Op zekeren dag echter gebeurde het dat een jeugdige herder uit de verte de maagd zag, en nu, in liefde tot haar ontbrand, waagde hij zich met zijne geiten op de loodrechte steilten van den berg, en zong daar, dag aan dag, zijn teeder minnelied.

En de griffier sprak als volgt: Het is een iegelijk bekend, dat een landvorst aangesteld is door God, als souverein en hoofd zijner onderdanen, om ze te verdedigen en te vrijwaren van alle beleediging, verdrukking en geweld, evenals een herder aangesteld is voor de verdediging en de hoede zijner kudde.

Toen den volgenden morgen de koeien naar buiten gingen, riep het boerke den herder binnen, en zei: »kijk, hier heb ik een kalfje, maar het is nog klein en moet gedragen worden.« »Goedzei de herder, en hij nam het op zijn arm en droeg het naar de wei; daar zette hij het neer op het gras.

De herder mankte weg met zijn goede schapen en de zon zette het westen vol vlam en vuur, brokkelde rood en geel goud over blauwe en purpren wolken, omvatte heel de wereld in haar glorierijken glans, en de overgebleven waterplaskens op den weg gloeiden lijk stukken van de zon.

Hij begon met een preek te houden die den Hertog op zoo felle wijze aan zijn plichten herinnerde, dat men niet anders dacht of Carl-August zou hem uit den kansel trappen; de hertog echter meende dat het een brave preek was "heelemaal zonder speldeprikken". Herder praalde zoo hardnekkig met zijn geestelijk overwicht, dat men hem in het buitenland den Bisschop van Weimar noemde.

Lieden, die zich stooten lieten en zachtmoedig bleven. Voor zich uitgaande, gelijk schapen achter den herder gaan. En nu weet ik wel, dat zulk een spelende, steigerende, stootende bok veel aardiger schijnt en ons natuurlijk gevoel meer toespreekt; en ook wel, dat een schaap te zijn, in het oor der wereld een klank van verachting heeft.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek