Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 oktober 2025
"Fameus jammer!" zegt Hardenborg, die nu vis-
't Was Archibald Hardenborg, die met een ongewone bedruktheid op 't gelaat, kwam informeeren of het waar was 'tgeen hij dezen middag van den generaal van De Zonsberg meende verstaan te hebben, namelijk dat de verjaringspartij morgen waarschijnlijk niet doorging? Nog een oogenblik wacht Helmond en aarzelt een antwoord te geven. Maar dan: "Nee amice, daar is geen quaestie van.
Dokter Helmond is merkbaar afgetrokken terwijl mevrouw Doelemeere hem attent maakt op den jongen Hardenborg en freule Marie Narwal, van welk paartje men zij houdt het voor zeker spoedig meer zal hooren. Waar was Eva? Hij ziet haar niet. "O wil me even excuseeren mevrouw, ik heb...." Helmond vliegt met zijn blik de zalen rond. De wals is aangevangen.
"Halt Ronner!" roept Archibald Hardenborg, terwijl hij den majoor den uittocht belet: "Halt!" "Ronner! Wat meen je! Verdoemd als ik weet wat je zegt. Denk je dat ik....?" "Ik denk en weet dat jij de lage schelm, de geld- en eerroover bent, onwaardig om de epauletten van een Neerlandsch officier te dragen. Hoe is 't mogelijk dat men dit nog kon toestaan!"
Enfin, God heeft de wereld geschapen, en den mensch zooals hij is. Maar deze beste overgevoelige mensch werd door mijn toedoen toch zeker nog meer van streek gebracht dan hij 't reeds was. Die voorbarige condoléance van Hardenborg trof hem geweldig. Ja 't was mijn schuld.
Wat echter de minder schoone weduwe van den kapitein Hardenborg, vooral in de oogen van den baron Debecque tot een zeer wenschelijke partij heeft gemaakt, was de omstandigheid dat mevrouw Hardenborg, geboren Rebecca Fontayn, een zeer groot vermogen bezat; en, dewijl de baron na den dood zijner eerste vrouw die hem een paar huwbare dochters had nagelaten zich in groote financieele moeielijkheden bevond, zoo was hij verstandig genoeg geweest om te zorgen "dat hij baron kon blijven" ten einde ook aan zijne dochters, namens de tweede mama, een huwelijksgift te kunnen aanbieden, eenigszins geëvenredigd aan haar stand.
"Ik hoop niet dat mijnheer Hardenborg zich, bij gelegenheid, over de gastvrijheid op Brouwerscate zal te beklagen hebben;" is het antwoord, 't welk schalks wordt gegeven; en dan ernstig; "Maar ja, als ik wist dat u bijvoorbeeld iemand in den oorlog.... ja, hadt doodgemaakt, dan.... dan zou ik er misschien toe kunnen komen.
"Verrukkelijk! Prachtig!" roept Hardenborg nogmaals vol enthousiasme over den heerlijken zang dien men zooeven hoorde: en terwijl hij Helmonds arm neemt, vervolgt hij: "Weet jij wel amice, dat die stem onbetaalbaar is? Als zoo iets in 't publiek was te hooren men sloeg elkander dood om een plaats."
"Ei ei," zegt Helmond terwijl hij den luitenant hartelijk de hand drukt. En vragend: "Freule Marie?" "Nummer één van de drie!" rijmt Hardenborg lachend: "Jij bent de eerste die 't weet. Er ons niet op aankijken hoorje. Gelukkig dat ze van avond in 't rose is. Op één na de mooiste! Je ziet dat de liefde me nog niet blind maakt. Je wijfje is een Hebe van avond.
"Abuis schoone freule: menheer Debecque heeft niemand vooruit gevraagd," zegt Hardenborg, en meent het aardige freuletje, in 't lila satijn, zóó wel een beetje te mogen foppen: "Een lief gezichtje die doktersvrouw;" voegt hij er bij, op dien halfvragenden toon, om casu quo niet nóg eens zeer te doen. "Lief! ik vind haar bepaald prachtig!" zegt freule Marie; "'t Is een ware beauté."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek