Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juni 2025
Maar eens op een ochtend tilde Guus Boevers, die graag zijn hond tegen ons ophitste, het monster in zijn beide sterke armen op en kwam er zoo mee op den vijver. Gillend vluchtten wij langs alle kanten weg, als een bende verschrikte musschen. Boevers, proestlachend, zette zijn hond midden op de ijsvlakte neer en schreeuwde: Ala, Baron, pak ze! Het was een doodsbenauwend oogenblik.
Met ons is 't net zoo gegaan; behalve dat wij niet naar zooveel pleziertjes mee mochten als jij; want toen was Guus een jongen en Jet bezat nog geen Sjoerd om te vragen voor haar en ook voor de kleintjes; wees maar getroost, als je 10 wordt ga je mee naar de avondkerk en blijft tot over 12 uur op!«
»Het feestcomité zendt 4 herauten, ieder door 2 trompetters met bazuinen vergezeld, de heele stad door; laat ons gauw peddelen om er bij te komen, Guus, dan maar een lateren trein naar je geboortegrond.« Zoo gezegd, zoo gedaan. Van plein 1813 vertrekken ze.
En ik herinner mij ook hoe Guus Boevers, de waaghalzige zoon der groote boerderij, welke daar aan den oever lag, ons eens minachtend om onzen angst bespotte en zelf, in dolle vermetelheid, de eerste schreden op den dichtgevroren vijver deed.
»Weet je nog wat bijzonders, Guus?« klinkt het uit alle jonge monden. »De stationschef in Haarlem liet een locomotief heen en weer rijden om knalsignalen te geven. De Berlijnsche vereeniging »Nederland en Oranje« laat ze bakken, in mooie zakjes doen, met oranjelintjes toegestrikt en aan alle te Berlijn wonende Nederlanders uitdeelen.
»Je Hollandsche juffrouw zou zeker zeggen: »Ida, Ida, je moest zeggen: Dunkt het u ook niet? En is dat nette taal doodgaan?«« vroeg Gustaaf, die zijn courant neergelegd had. »Guus! ik ben hier niet in de leerkamer, gelukkig niet! Die Hollandsche lessen zijn wel de prettigste; maar onmogelijk kan ik altijd op mijn woorden letten.«
Opgelet jongens, als de Koningin aan de grens van Amsterdam komt, wordt er een koninklijk saluut op de »Heemskerck« gelost, meteen zal de grootste klok van den Wester geluid worden en ook de Beursklok; en de klokken op het paleis spelen: »Dankt, dankt nu allen God.«« »Guus, Vincent speelt niet, maar slaat op zijn toetsen,« viel Louis hem in de rede.
Een luid hoezeegejouw steeg uit de jongensbende op. Wacht 'n beetsen; 'k zal ulder goan hên! dreigde Guus, weer op ons afkomend. Wij waren banger voor Guus dan voor zijn hond op het ijs en haastig zwierden wij maar eens in volle vaart den vijver rond. Wat lijkt dat alles nu lang en ver verleden en toch staat het zoo levendig nog in het geheugen!
Aan het gejubel scheen geen einde te komen, toen de dierbare Vorstin, aan den arm van Haar Gemaal, voor de vensters verscheen; het begon opnieuw toen Koningin Emma Haar Kleindochtertje toonde aan de verheugde schare, en ten teeken van groetenis het lieve, kleine handje ophief. »Heerlijkjes Guus, eenig lief van je,« zei Doraatje met een omhelzing. »Heb jij het ook goed gezien?«
"Vraag nou niet..." "Ik wil 't weten"... "De gordijnen waren neergelaten"... "Anders niks?" "Nee." "Op je woord?" "Guus, Guus, da's tweemaal!" "Ik kan 't niet helpen, maar ik ben zoo ongerust!" "Ben ik er dan niet?" In de woning van den vriend stond een koud déjeuner klaar. De bruid was even boven. Bij het raam stond-ie. "Joseph, wat kijk je triestig!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek